Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken


Igor Stravinsky (1882 – 1971), in het Nederlands ook gespeld als Strawinski of, conform moderne transciptie van het Russisch, als Stravinski, was een van de belangrijkste componisten van de 20e eeuw. Naast componist was Stravinsky ook dirigent, vaak van zijn eigen werken. De van geboorte Russische componist verwierf in 1934 de Franse nationaliteit en werd, nadat hij zich eind jaren dertig van de 20e eeuw in de Verenigde Staten had gevestigd, in 1945 tot Amerikaan genaturaliseerd.

Rusland 1882 - 1910

Muzikale jeugd

Stravinsky's vader was bas bij het Keizerlijke Mariinskitheater in Sint-Petersburg. Vanaf zijn negende kreeg Igor pianolessen van onder andere Leokadiya Kashperova - een leerlinge van Anton Rubinstein - en hij maakte zulke vorderingen dat hij al snel een niveau had bereikt om Mendelssohns pianoconcert in g te spelen, naast een grote selectie van stukken van Muzio Clementi, Mozart, Haydn, Beethoven, Schubert en Schumann. Ondanks zijn aanleg voor muziek wilden zijn ouders niet dat hij een muzikale carrière zou volgen en stonden zij er op dat hij naar de Staatsuniversiteit van Sint-Petersburg zou gaan. Daar begon hij, weinig enthousiast, aan de studie strafrecht en rechtsfilosofie. Als rechtenstudent maakte hij in 1902 kennis met de vader van studiegenoot Vladimir, de componist Nikolaj Rimski-Korsakov. Rimski-Korsakov was niet onder de indruk van Stravinsky's eerste compositiepogingen. Hij adviseerde hem om niet naar het conservatorium te gaan, maar zijn lessen harmonie en contrapunt te vervolgen en zijn werk kritisch te laten beoordelen tijdens privélessen. Rimski-Korsakov was bereid hem met raad bij te staan.

Compositielessen bij Rimski-Korsakov

Stravinsky (links) en de familie Rimski-Korsakov, 1908
Nikolaj Rimski-Korsakov door Ilja Repin, 1893

Stravinsky liet Rimski-Korsakov in 1903 zijn Pianosonate in fis zien en horen. Vanaf die tijd begon hij regelmatig compositielessen te volgen bij Rimski-Korsakov. Uit de leerperiode bij Rimski-Korsakov dateren de Symfonie in Es, Faune et Bergère, de Pastorale, Scherzo fantastique en schetsen voor Le Rossignol. De Feu d'artifice die hij ter gelegenheid van het huwelijk van Rimski-Korsakovs dochter toestuurde kwam te laat om door Rimski-Korsakov beoordeeld te worden: de componist was kort ervoor overleden. De band met Rimski-Korsakov was sterk en diens dood heeft Stravinsky aangegrepen; ter nagedachtenis aan zijn vroege leermeester schreef hij het Chant funèbre. De partituur van dit werk raakte echter tijdens de Russische Revolutie verloren.

In 1905 had Stravinsky zijn rechtenstudie voltooid en een jaar later trouwde hij met zijn nicht Katerina Nossenko. Zij was al op zijn 10e jaar in zijn leven gekomen "als een lang gewenste zus. We waren elkaar, tot haar dood, buitengewoon na, meer na dan geliefden soms zijn". Uit dit huwelijk werden Théodore Stravinsky (1907), Ludmilla (1908), Soulima Stravinsky (1910) en Maria Milena (1914) geboren.

Diaghilev en 'Ballets russes'

Een belangrijke impuls voor Stravinsky was de ontmoeting met Serge Diaghilev, artistiek leider van de "Ballets Russes", die in 1909 een uitvoering van de Scherzo fantastique en Feu d'Artifice bijwoonde. Diaghilev nodigde Stravinsky uit om voor Les Sylphides - een ballet op muziek van Frédéric Chopin - de orkestraties voor de Nocturne en de Valse brilliante voor zijn rekening te nemen. Daarnaast vroeg Diaghilev om een orkestratie van Edvard Griegs Kobold uit het ballet Le Festin. De opdrachten van Diaghilev zouden voor Stravinsky definitief de doorbraak betekenen. Voor het seizoen van 1910 wilde Diaghilev muziek voor een ballet gebaseerd op het Russische sprookje De Vuurvogel. De componist Anatoli Liadov werd aanvankelijk door Diaghilev benaderd, maar hij weigerde door de relatief korte schrijftijd die hem aangeboden werd. Diaghilev gaf de opdracht daarop aan Stravinsky. Maart 1910 was het werk klaar en in mei van dat jaar ging Stravinsky voor het eerst naar Parijs om de repetities van zijn L'Oiseau de Feu bij te wonen.

Parijs en Clarens 1910-1914

Bestand:Maurice Ravel 1912.jpg
Maurice Ravel, met wie Stravinsky in Zwitserland zou samenwerken

In Parijs maakte hij kennis met "le tout Paris culturel": de componisten Claude Debussy, Maurice Ravel, Florent Schmitt, Maurice Delage, Erik Satie, Giacomo Puccini en Manuel de Falla, de actrice Sarah Bernhardt en de auteurs Marcel Proust, Paul Morand, St. John Perse en Paul Claudel. Stravinsky haalde zijn gezin in Ustilug in Rusland op en nadat zijn vrouw de laatste voorstelling van De Vuurvogel had bijgewoond verbleef de familie Stravinsky in La Baule in Bretagne. Hier schreef Stravinsky de Deux poèmes de Paul Verlaine, Un Grand Sommeil en La Lune blanche. Omdat Katerina zwanger was werd besloten niet naar Rusland terug te keren, maar in Zwitserland de geboorte (van hun zoon Soulima) af te wachten.

Diaghilev had tijdens het balletseizoen om een tweede ballet gevraagd. Stravinsky vertelde hem over een nieuw werk dat hij in gedachten had. Dit ballet zou worden gebaseerd op een heidens ritueel, maar bij Diaghilevs bezoek aan Stravinsky in Lausanne bleek Stravinsky begonnen te zijn aan een geheel andere compositie, een voor piano en orkest. Diaghilev wilde dit werk echter toch als vervanger van het stuk over het heidens ritueel als ballet gebruiken: op 13 juni 1911 ging Petroesjka in het Théâtre du Châtelet in première. Omdat het balletseizoen dat jaar kort was en de Ballets Russes tijdens hun optreden in Londen zijn werken toch niet zouden uitvoeren (té modern voor het Britse publiek dacht Diaghilev), keerde Stravinsky terug naar zijn huis in Ustilug in Rusland. Hij was van plan om zijn werk over het heidens ritueel te componeren. In Ustilug kreeg dit werk, Le Sacre du printemps (Весна священная of De Lentewijding), zijn vorm. Tussendoor componeerde hij ook nog de Deux poésies de Konstantin Balmont en Zvezdoliki voor mannenkoor en orkest. Allerlei problemen verhinderden de première van de Sacre. Hierdoor werd de première uitgesteld tot 1913. Deze ontwikkelingen gaven Stravinsky meer tijd te werken aan de orkestratie. In 1912 vestigde hij zich met zijn familie weer in Zwitserland in Clarens aan het Meer van Genève.

Ontmoeting met Schönberg, Berg en Webern

Tijdens een bezoek aan Berlijn voor een voorstelling van Petrouchka ontmoette hij een aantal malen Arnold Schönberg en zag hij bovendien een uitvoering van diens Pierrot Lunaire, een werk waar hij niet in eerste instantie van onder de indruk was, maar waarvan Stravinsky het grote belang veel later inzag. Ook ontmoette hij daar de Schönberg-leerlingen Alban Berg en Anton Webern, een gebeurtenis die hij zich later niet kon, of – misschien veelbetekenend – wilde herinneren. "Mijn Eerste en Laatste Avondmaal met de hypostatische drieëenheid van de twintigste-eeuwse muziek" (Dialogues), zoals hij de ontmoeting spottend verwoordde. Het is nooit tot een vriendschap gekomen tussen de twee componisten-giganten van de 20e eeuw - Stravinsky en Schönberg - hoewel beide heren later zelfs in Los Angeles woonden. Het dédain was wederzijds: de een deed de ander af als één van die componisten die niet voor nu schrijven, maar angstvallig proberen de muziek van de toekomst te ontdekken (Stravinsky verwijst hierin impliciet naar Schönberg in een interview), de ander sprak spottend over "Modernsky" (Schönberg over Stravinsky in zijn koorwerk Vielseitigkeit).

Le Sacre du printemps

Théatre des Champs Elysées, Parijs, waar de Sacre in 1913 in première ging

Terwijl de repetities voor Le Sacre du printemps in volle gang waren, voltooide Stravinsky terug in Clarens de orkestratie van het stuk; het werk was op 8 maart 1913 af. Op verzoek van Diaghilev om Modest Moessorgski's Chovansjtsjina voor uitvoering geschikt te maken stelde Stravinsky voor ook Ravel hiervoor in te schakelen. Tijdens Ravels verblijf in Clarens liet Stravinsky hem zijn Trois Poésies de la Lyrique Japonaise zien en Ravel componeerde er en speelde voor Stravinsky de eerste twee van zijn Trois Poèmes de Mallarmé. Le Sacre du printemps ging op 29 mei 1913 in het Théâtre des Champs-Elysées in Parijs in première. De première, gedirigeerd door Pierre Monteux, verliep tumultueus en het lawaai van het publiek schijnt de muziek te hebben overstemd – opmerkelijk bij een toch allesbehalve rustig werk. De kritiek sprak van Le massacre du tympan (De slachting van het trommelvlies). Toch had de derde uitvoering van Le Sacre du printemps al succes. Een jaar later werd de naam van de componist in Parijs na een uitvoering al vol bewondering gescandeerd. Le Sacre du printemps is altijd een van de populairste werken gebleven in Stravinsky's oeuvre.

Kort na de première kreeg Stravinsky tyfeuze koorts en was hij noodgedwongen zes weken aan zijn bed gekluisterd. Na het herstel keerde hij vanuit Frankrijk terug naar Ustilug waar hij, zich nog niet sterk genoeg voelend voor een groot werk, begon aan het componeren van Trois petites chansons – Souvenir de mon enfance. Eerder dat jaar had hij het verzoek van een Moskous theater ontvangen om zijn opera De Nachtegaal gereed te maken voor opvoering. Stravinsky had slechts de eerste acte voltooid in 1909 en sindsdien niet meer naar het werk omgekeken, maar zijn voorstel om die acte als een zelfstandig stuk op te voeren werd door de opdrachtgevers afgewezen. Stravinsky ging in Clarens aan het werk. Het Moskouse theater ging echter failliet en Diaghilev stelde toen voor het werk door de 'Ballets Russes' te laten uitvoeren. Het verschil tussen de eerste acte en de rest bleek zo groot dat men Stravinsky voorstelde de eerste acte om te werken. Dit weigerde hij. Het werk ging op 26 mei 1914 in Parijs in première. Terug in Zwitserland componeerde Stravinsky de Trois Pièces voor strijkkwartet en Pribaoutki, een viertal liederen voor mannenstem en acht instrumenten.

Zwitserland 1914 - 1920

Renard

Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog keerde Stravinsky niet vanuit Zwitserland naar Rusland terug. Hij wijdde zich aan de bestudering van de Russische volkspoëzie en volksverhalen die hij had verzameld en die hij zou gebruiken voor een aantal nieuwe werken. De winter van 1914-1915 werd in Chateau d'Oex boven Montreux doorgebracht, vooral ten behoeve van het herstel van zijn vrouw die tuberculose had. Daarnaast was zij bevallen van de tweede dochter van het echtpaar, Maria Milena. Naast het componeren van een klein werk voor piano, de Trois pièces faciles, begon Stravinsky in Montreux met het componeren van het ballet Les Noces . Bovendien schreef hij een duet van een kat en een geit die hij later in Renard zou opnemen.

pianola

Op uitnodiging van Prinses Edmond de Polignac begon Stravinsky in 1916 in zijn nieuwe woonplaats Morges aan de compositie Renard; een woeste burlesque over dieren, vergelijkbaar met Van den vos Reynaerde. Het oorspronkelijk in het Russisch geschreven verhaal werd door de Zwitserse auteur Charles-Ferdinand Ramuz in samenwerking met Stravinsky in het Frans vertaald. Dit werk werd onderbroken voor een bezoek aan Madrid om de voorstellingen van Diaghilevs "Ballets russes" bij te wonen. Indrukken daar opgedaan (de mechanische piano's, Spaanse zang en dans, gitaarspel) werden bij terugkeer vertaald in een aantal composities: de Española uit de Cinq pièces faciles voor piano en de Etude voor pianola. In de Marche Royale uit L'Histoire du Soldat verwerkte hij een paso doble die hij gehoord had in Sevilla. Renard werd afgerond; het ballet met zang ging in 1922 te Parijs in première.

Le Rossignol

Op Diaghilevs voorstel om Le Rossignol (De Nachtegaal) in balletvorm te brengen, kwam Stravinsky met het idee om het werk in zijn geheel om te vormen tot een symfonisch gedicht dat voor balletdoeleinden kon worden gebruikt. Diaghilev stemde toe en Stravinsky bewerkte delen van de opera tot Le Chant du Rossignol - poème symphonique. Stravinsky voegde zich bij Diaghilev in Rome om tijdens een serie voorstellingen zijn L'Oiseau de Feu en Feu d'Artifice te dirigeren. De Russische Revolutie had juist plaatsgevonden en men was nog vol hoop op verandering. Daarom vond men het niet gepast om het galaconcert met het gebruikelijke tsaristische volkslied te beginnen. In plaats daarvan bewerkte Stravinsky het Lied van de Wolgaslepers. Picasso, die Stravinsky in Rome voor het eerst ontmoette, versierde het manuscript en hij maakte er ook het eerste van de drie portretten die hij van Stravinsky zou maken.

Les Noces

Naast voortzettingen van het werk aan Les Noces na terugkeer uit Rome werd er ook een 'souvenir' aan de Cinq pièces faciles toegevoegd, de 'Napolitana'. Les Noces werd in het voorjaar 1917 afgerond maar de instrumentatie pas in 1923. De première vond plaats in Parijs in hetzelfde jaar. De dood van zijn geliefde kindermeisje zorgde ervoor dat Stravinsky zelf de zorg op zich moest nemen. Samen met de dood van zijn broer Gury aan het front drukten deze gebeurtenissen een zwarte stempel op het jaar 1917. Tevens had hij een toenemend geldtekort. De V.S. en Rusland hadden de Conventie van Bern van 1886 voor auteursrechten niet getekend. Daar Stravinsky nog steeds Russisch burger was liep hij inkomsten mis van de uitvoeringen van zijn werken in de V.S. Het inschakelen van een Amerikaanse redacteur voor zijn gepubliceerde muziek in de jaren twintig en het aannemen van de Franse nationaliteit in 1934 waren later middelen om althans iets aan zijn financiële situatie te doen.

Histoire du Soldat

Eind 1917 waren de Cinq pièces faciles voltooid, twee delen van de Trois histoires pour enfants, de Vier Russische boerenliederen en de Etude voor pianola. De oorlog maakte het in 1918 moeilijk om uitvoeringen - zeker op grote schaal - te geven. In samenwerking met Ernest Ansermet en Ramuz ontstond het idee voor een stuk "om te lezen, te spelen en te dansen". Dit werd Histoire du Soldat. Ansermet had voor Stravinsky uit Amerika een bundel ragtimes in de vorm van piano-uittreksels en instrumentale partituren meegenomen. Stravinsky zou de ritmische stijl verwerken in de 'Ragtime' in Histoire du Soldat. Het stuk ging in Lausanne met succes in première. Het toonde aan dat Stravinsky in staat was "het Russische element in zijn muziek achter zich te laten en een meer eclectisch internationaal idioom te omvatten" (aldus White). Na de Geschiedenis van de Soldaat (waarvan Martinus Nijhoff de Nederlandse vertaling maakte) verwerkte Stravinsky in nog een ander werk ragtimeritmiek, de Ragtime voor elf instrumenten. Volgens Stravinsky (Dialogues) is zijn ragtime "een concertportret, een verwerking zoals een foto" (op de manier zoals Chopins Valses geen walsen zijn om te dansen, maar portretten van walsen) en de Trois pièces voor klarinetsolo geen "improvisaties zijn, maar portretten ervan".

Begin 1919 stelde Stravinsky een orkestsuite samen uit L'Oiseau de Feu (Vuurvogel) en schreef hij een groep van vier liederen uit materiaal uit zijn Russische periode, de Quatre chants russes voor zangstem en piano.

Pulcinella

Tijdens een ontmoeting tussen Stravinsky en Diaghilev in Parijs wist Diaghilev Stravinsky over te halen om een nieuw werk te baseren op composities van Giovanni Battista Pergolesi. Picasso zou de decor- en kostuumontwerpen maken. Inmiddels is vast komen te staan dat enkele composities die Stravinsky bewerkte voor Pulcinella niet van Pergolesi zijn maar van tijdgenoten van hem, onder wie de Nederlandse componist Unico Wilhelm van Wassenaer. Diaghilev was allesbehalve tevreden met het resultaat. Hij was geschokt door de Picasso-ontwerpen en teleurgesteld in de muziek. In zijn gesprekken met Robert Craft zei Stravinsky erover dat Diaghilev een strakke, gemaniëreerde orkestratie van iets zoetigs had verwacht en dat hij de satirische toon niet kon waarderen. De première van het werk in Parijs in 1920 was echter een groot succes, evenals de uitvoering in het Royal Opera House te Covent Garden in Londen een maand later. Stravinsky woonde die laatste uitvoeringen niet bij. Nu de oorlog voorbij was wilde hij zijn vertrek uit Zwitserland regelen en in één van de belangrijke muzikale centra van Europa gaan wonen.

Frankrijk 1920 - 1939

Claude Debussy, foto van Félix Nadar

Het verblijf in Frankrijk begon in 1920 met een vakantie in Carantec in Bretagne. Daar zette Stravinsky zich aan de compositie van een strijkkwartet, het Concertino voor strijkkwartet (1920; W47) en een koraal voor piano voor La Revue Musicale. Dit laatste werk werd later bewerkt en geïntegreerd in de Symphonies d'instruments à vent à la mémoire de Claude Debussy (1920; W48). Stravinsky had grote sympathie voor zijn oudere collega, een sympathie die wederzijds leek te zijn. Debussy had in 1915 het derde deel van zijn werk voor twee piano's En blanc et noir aan hem ('À mon ami Igor Stravinsky') opgedragen. Brieven aan vrienden die na Debussy's dood werden gepubliceerd lieten echter een zeer kritische houding zien ten opzichte van Stravinsky's werk.

Pas in 1934 (na zijn naturalisatie tot Frans staatsburger) zouden de Stravinsky's zich permanent vestigen in Parijs. De eerste tien jaar in Frankrijk woonde de familie in Anglet bij Biarritz, Nice en Voreppe bij Grenoble. Vóór het verblijf in Anglet verbleven de Stravinsky's gedurende de herfst en de winter van 1920 in het huis van Gabrielle Coco Chanel bij Parijs, en daar werd het werk aan het Concertino en de Symphonies voortgezet. Stravinsky componeerde er ook Les cinq doigts (W49), een achttal gemakkelijke pianostukken. De Russische dirigent Serge Koussevitzky voerde, in aanwezigheid van Stravinsky, de Symphonies voor het eerst uit in Londen in 1921.

Boris Kochno, de vriend van Diaghelev; librettist van Mavra

Terug in Anglet voltooide Stravinsky aan het einde van de zomer van 1921 de virtuoze pianotranscriptie van drie delen uit Petroesjka, de Trois mouvements de Pétrouchka. Na verhuizing naar Biarritz werd een begin gemaakt met een nieuw operaproject, resultaat van zowel Diaghilevs als Stravinsky's bewondering voor Poesjkin. Boris Kochno, dichter, danser en geliefde van Diaghilev, schreef, op basis van Poesjkins 'Het huisje in Kolomna', het libretto voor Mavra (W50), een opera buffa in één akte. Hoewel de eerste uitvoering met grote zorg was omkleed, bleef een positieve reactie van het publiek uit. Geplakt tussen Petroesjka en de Sacre viel het intieme kamerstuk weg; maar vooral was het publiek gedesillusioneerd omdat ze niet een voortzetting kreeg van wat het van Stravinsky kende. Het publiek was gewend geraakt om Stravinsky als een revolutionair te beschouwen van wie men niet minder dan weer een werk verwachtte dat 'sensationeel' was, zou Theodore, Stravinsky's oudste zoon, later naar aanleiding van deze première zeggen (White).

Biarritz

In Biarritz begon Stravinsky aan een instrumentale sonate dat het Octet (1924; W51) voor acht blazers zou worden, die mei 1923 werd voltooid en eind '23 in première ging. In 1923 ging ook Les Noces met succes in première met Marcelle Meyer, Georges Auric, Francis Poulenc en Vittorio Rieti als pianisten in het orkest. Het Octet werd voor het eerst in oktober 1923 uitgevoerd tijdens een van de Koussevitzky-concerten in Parijs en het was de eerste keer dat Stravinsky zelf een werk ten doop hield. Het Octet bestaat uit drie delen: Sinfonia, Tema con Variazioni en Finale. Koussevitzky was zo tevreden met het succes van het Octet dat hij Stravinsky om een nieuw werk vroeg. Stravinsky's voorstel om een pianoconcert te schrijven deed Koussevitzky op zijn beurt voorstellen dat de componist het dan het zelf het best zou uitvoeren. Het Concert voor piano en blaasinstrumenten (W52) dat Stravinsky schreef werd eerst in een privéconcert uitgevoerd. Na de première in Parijs ging Stravinsky op tournee als solist in zijn eigen concert, beginnend in januari 1924 in Antwerpen en Brussel. Een tournee in de VS volgde en twee nieuwe composities, de Sonate (W53) en de Serenade in A (W54) voor piano, waarbij de laatste zo was gecomponeerd dat elk van de vier delen op één kant van een 78-toeren plaat paste.

Samenwerking met Jean Cocteau

In het najaar van 1925 nam Stravinsky het besluit een opera-oratorium te componeren naar Sophocles en op een Latijnse tekst. Jean Cocteau zou het libretto schrijven met een vertaling in het Latijn van de latere kardinaal Jean Daniélou. Stravinsky ging intussen weer op tournee, waarbij hij in 1926 Rotterdam, Amsterdam en Haarlem aandeed. Een tussenstop in Padua, waar een processie werd gehouden, inspireerde hem tot zijn eerste religieuze werk, het Pater Noster (W55). De rest van het jaar en begin 1927 werd gewerkt aan zijn nieuwe opera-oratorium, Oedipus Rex (W56). De ontvangst bij publiek en critici was koel. En weer waren er de vergelijkingen, tot ergernis van Stravinsky, met de muziek van de vroegere balletten.

Eerste Amerikaanse compositieopdrachten

Ida Rubinstein door Valentin Serov, 1910. Tempera en houtskool op doek, The Russian Museum, Sint-Petersburg, Rusland.

Hetzelfde jaar kreeg Stravinsky van een Amerikaanse mecenas, Mrs. Elizabeth Sprague Coolidge, de opdracht voor een ballet met een lengte van ongeveer dertig minuten, bestemd voor uitvoering in de Library of Congress in 1928. De opdracht gaf hem de kans om zijn voornemen uit te voeren om een ballet te componeren gebaseerd op episodes uit de Griekse mythologie. Als thema koos hij Apollo, leider van de muzen. Het ballet zou een strak klassiek karakter krijgen, met een instrumentatie van uitsluitend strijkers. In de zomer van 1927 schreef Stravinsky in Echarvines aan het Meer van Annecy aan zijn ballet Apollo (W57; Stravinsky gaf later de voorkeur aan 'Apollo' boven de oorspronkelijke titel 'Apollon musagète'). Apollo ging in april 1928 in première. Terwijl hij werkte aan dit ballet ontving Stravinsky een andere opdracht. Ida Rubinstein wilde eveneens een ballet voor haar nieuwe balletgezelschap. Diaghilev had echter de eerste rechten op uitvoering van Apollo. Na de première van Apollo ging Stravinsky voor Rubinstein in Echarvines aan het werk aan wat Le Baiser de la Fée (W58) zou worden en dat eind november 1928 voor het eerst in Parijs werd uitgevoerd. Hetzelfde jaar bracht bovendien het begin aan een nieuwe compositie voor piano en orkest, het Capriccio (W59), dat hij speciaal componeerde voor het nieuwe orkest van Ansermet, het Orchestre Symphonique de Paris, en waarvoor hij zelf de solist zou zijn.

Tijdens zijn werk aan Le Baiser de la Fée bereikte Stravinsky het bericht van Diaghilevs dood. Het raakte hem diep, ondanks dat de twee kunstenaars uit elkaar gegroeid waren. Bij een hele reeks grote werken was er de betrokkenheid van Diaghilev geweest en die werken waren bovendien alle in Frankrijk in première gegaan. Het enige werk dat voor Stravinsky's verdere verblijf na Diaghilevs dood nog in Frankrijk in première ging was Persephone (W64), een tweede ballet waarvoor Ida Rubinstein de opdracht had gegeven. Stravinsky's werk kreeg steeds vaker een kritisch onthaal in Frankrijk; de belangstelling voor zijn werk in de VS daarentegen nam juist toe.

Stravinsky dirigeert (Berlijn, 1929)

Uit de VS kreeg Stravinsky de opdracht voor een symfonisch werk ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van het Boston Symphony Orchestra. Stravinsky onderbrak het werk aan zijn compositie, de Psalmensymfonie, telkens voor concerttournees, waarbij hij of solist of dirigent was. Na deze symfonie resulteerde een ontmoeting tussen Stravinsky en de violist Samuel Dushkin in het componeren van een vioolconcert. De samenwerking tussen de componist en de violist bleek succesvol; ook het werk bleek, ondanks de niet altijd even positieve kritieken, een succes wat betreft concertuitvoeringen. Stravinsky en Dushkin voerden het Concert voor viool en orkest (W61) in heel Europa uit. Stravinsky realiseerde zich tijdens de tournee dat een succesvolle uitvoering sterk afhankelijk is van de kwaliteit van het orkest. Hij besloot een recitaltournee met Dushkin te ondernemen met een repertoire voor viool en piano. Hierdoor konden ze plaatsen bezoeken die niet gezegend waren met een kwalitatief goed orkest.

Samenwerking met André Gide

Voor dit doel werd het Duo Concertant (W62) gecomponeerd. Het programma werd uitgebreid met arrangementen: een Suite Italienne op basis van Pulcinella en een Divertimento (W58A) gebaseerd op Le Baiser de la Fée. Een reeks kortere transcripties zorgde voor verdere aanvulling: een versie van de Pastorale, twee stukken (Scherzo en Wiegenlied) uit L'Oiseau de Feu, de Russische dans uit Petroesjka en twee delen – de Chinese Mars en het Lied van de Nachtegaal - uit Le Rossignol. Later werd nog een transcriptie uit Mavra toegevoegd. Van mei 1933 tot januari 1934 werd Stravinsky in beslag genomen door het werk aan de opdracht van Ida Rubinstein, het melodrama Perséphone, op een tekst van André Gide.

Frans staatsburgerschap

Dumbarton Oaks, Georgetown, Washington D.C., VS.

Stravinsky werd op 10 juni 1934 Frans staatsburger. In 1935 bezocht hij voor een tweede maal de VS, samen met Dushkin, voor een uitvoering van eigen werk. Zijn zoon Soulima trad hij als solist op in het Capriccio, het Pianoconcert en Concert voor twee piano's (W66), dat speciaal voor hun tournee gecomponeerd was. Stravinsky bezocht de VS voor een derde maal waarbij zijn nieuwe ballet Jeu de Cartes (W67) werd uitgevoerd, een opdrachtwerk van het American Ballet. Tijdens dit bezoek kreeg hij de opdracht van het echtpaar Woods Bliss voor het schrijven van een concerto grosso, het Concert in Es Dumbarton Oaks (W70), later gevolgd door ook een opdracht voor een symfonie. Maar ook werd tijdens dit bezoek bij hem tbc geconstateerd. Stravinsky's vrouw Catherine en zijn twee dochters waren al opgenomen in het sanatorium van Sancellemoz. Nadia Boulanger dirigeerde de eerste uitvoering van Dumbarton Oaks, omdat Stravinsky zelf te ziek was. In 1938 overleed Stravinsky's dochter Ludmila. Stravinsky begon aan het tweede opdrachtwerk van het echtpaar Woods Bliss, de Symfonie in C. In 1939 stierf zijn vrouw. Na de dood van zijn vrouw bracht Stravinsky zelf vijf maanden door in het sanatorium in Sancellemoz.

De dood van zijn vrouw en dochter, het Nazi-geweld – Stravinsky's werk was tot Entartete Musik verklaard - en het uitbreken van de oorlog enerzijds en de belangstelling in de VS voor Stravinsky's werk anderzijds, verklaren zijn vertrek in september 1939 naar New York.

Verenigde Staten 1939 - 1971

Tot naturalisatie

Kort na aankomst in Amerika in september 1939 gaf Stravinsky aan de Harvard, in het Frans, de lezingen waar hij tijdens zijn laatste verblijf in de VS toe was uitgenodigd. De lezingen, over componeren, stijl en Russische muziek, werden later gebundeld onder de titel Poétique Musicale. In januari 1940 arriveerde Vera de Bosset vanuit Genua in New York. Stravinsky had sinds 1921 een verhouding met haar, een situatie die Stravinsky's vrouw Catherine als een fait accompli had aanvaard. In maart 1940 huwde Stravinsky met Vera de Bosset, met wie hij tot zijn dood getrouwd bleef. Het echtpaar vestigde zich in Los Angeles en vroeg in augustus 1940 de Amerikaanse nationaliteit aan.

De eerste muzikale activiteit was het afronden van de Symfonie in C, die in 1940 in Chicago in première ging. Voor het Ballet Theatre in New York maakte Stravinsky een orkestbewerking van de pas de deux van de Blauwe Vogel en Prinses Florine uit Pjotr Iljitsj Tsjaikovski's ballet Schone Slaapster (Bluebird 1941; WB-VIII). Kort erop kreeg hij van het Werner Janssen Orchestra uit Los Angeles de opdracht voor een orkestwerk. Stravinsky maakte er een ballet zonder thema van met de titel Danses Concertantes (1941/42; W73).

Walt Disney 1938

Los Angeles betekende ook de zeer directe nabijheid van Hollywood. Na het afslaan van het aanbod om filmmuziek te componeren of gedwongen te worden er in deel te nemen (Walt Disney's Fantasia) schreef hij toch muziek voor de film, filmprojecten die weliswaar niet werden uitgewerkt maar wel uiteindelijk muziek opleverden: Four Norwegian Moods (1942; W75) en Scherzo à la Russe (1944; W78). Andere filmprojecten liepen eveneens op niets uit, maar die met Orson Welles leverde wel het middendeel van Ode (1943; W76) en die met Franz Werfel het tweede deel van de Symfonie in drie delen (1942/45; W82). Maar ook op het vlak van ander amusement leverde Stravinsky een muzikaal aandeel: in 1942 componeerde hij voor het circus van het Ringling Brothers and Barnum and Bailey Circus de Circus Polka (1942; W74) voor een groep jonge olifanten. Twee jaar later vroeg de muziekuitgever Nathaniel Shilkret een aantal componisten ieder een deel te schrijven voor een werk gebaseerd op het Boek Genesis. Stravinsky leverde zijn aandeel, naast Arnold Schönberg, Darius Milhaud en Mario Castelnuovo-Tedesco, in de vorm van Babel (1944; W77). Weer volgde een compositie voor het ballet: de Scènes de Ballet uit 1944 (W79). Onder de indruk van het spel van Woody Herman schreef Stravinsky voor diens jazzband het Ebony Concerto (1945; W83).

Eind 1945 kreeg Stravinsky de Amerikaanse nationaliteit.

Boosey and Hawkes: bewerkingen

In 1945 ontmoette Stravinsky Ralph Hawkes van de Britse muziekuitgeverij Boosey and Hawkes. Stravinsky kwam met Boosey and Hawkes overeen dat zij niet alleen alle nieuwe werken van Stravinsky zouden gaan publiceren, maar ook alle werken zouden gaan uitbrengen die eerder door Editions Russe de Musique – dat wil zeggen van Petroesjka tot Perséphone - waren gepubliceerd. Deze overeenkomst gaf Stravinsky de mogelijkheid om een fors aantal van zijn eerdere werken te herzien en te bewerken en daarmee weer het auteursrecht onder zijn hoede te brengen. Petroesjka werd bewerkt voor kleiner orkest, de Symphonies d'instruments à vent kreeg een ingrijpende wijziging door een andere instrumentatie, verder werden Apollo, Oedipus Rex, de Pulcinella suite, het Divertimento, het Capriccio, Perséphone, het Concert voor twee piano's, The Fairy's Kiss, het Octet en Le Rossignol bewerkt; een zelfde behandeling ondergingen twee werken die van een andere uitgever waren: het strijkkwartet Concertino werd bewerkt voor een kamermuziekensemble van 12 instrumenten en het a capella werk Russische Boerenliederen kreeg een instrumentale begeleiding. De Balmont-liederen en vier van zijn liederen uit zijn Russische periode kregen een begeleiding voor kamerensemble, de Cing doigts voor piano kreeg een transciptie voor vijftien instrumenten onder de titel Eight Intrumental Miniatures (W49A).

Stravinsky's eerste nieuwe werk in de VS was het Concert in D voor strijkorkest (W84), in opdracht van Paul Sacher, dat in Bazel in 1947 zijn eerste uitvoering kreeg – en daar zijn bijnaam ook aan ontleent, het Bazel Concert. Qua muzikaal idioom lag het werk dicht bij 'Dumbarton Oaks'. Dat idioom veranderde ingrijpend met een nieuwe werk. In opdracht van Lincoln Kirstein van de Ballet Society schreef Stravinsky in 1947 in nauwe samenwerking met George Balanchine het ballet Orpheus (W86). Zijn studie van o.a. het werk van 17e-eeuwse componisten als Claudio Monteverdi had een grote invloed op dit werk met een nadrukkelijkere polyfonie en contrapunt. In zijn volgende voltooide compositie, de Mis (1944-1947; W87), werd dit nog verder doorgevoerd.

The Rake's Progress

Wystan Auden (rechts) met Christopher Isherwood, door Carl van Vechten
William Hogarth: A Rake's Progress: In het gekkenhuis, gravure, 1735

Stravinsky's financieel zekere situatie door het contract met zijn nieuwe uitgever gaf hem het gevoel dat hij een langere periode kon uittrekken – uiteindelijk 3 jaar – voor het componeren van een avondvullende opera, zijn eerste werk in het Engels en bovendien zijn eerste avondvullende podiumwerk. Het idee voor het onderwerp voor zijn opera had hij in 1947 al tijdens een bezoek aan het Chicago Art Institute opgedaan: een opera gebaseerd op de gravurenreeks The Rake's Progress van de 18e-eeuwse schilder en graveur William Hogarth. Stravinsky's buurman en vriend Aldous Huxley adviseerde hem de dichter W.H. Auden te kiezen als librettist. Bij een eerste ontmoeting tussen beide mannen 'klikte' het direct. Auden riep de hulp in van zijn vriend Chester Kallman en maart 1948 werd het complete libretto aan Stravinsky geleverd. Stravinsky werkte ongeveer een jaar per akte aan de opera en toen hij de drie akten in 1951 af had voegde hij er nog een vaudeville kwintet aan toe. De partituur was in april 1951 gereed. Het nieuws dat Stravinsky een grote opera schreef deed operahuizen als de Metropolitan Opera en het Royal Opera House Covent Garden hun best doen om het werk als eerste uitgevoerd te krijgen. The Rake's Progress (W88) was echter kleinschalig, in de vorm van en gebaseerd op de Lorenzo da Ponte opera's van Mozart, en meer geschikt voor een klein theater.

Als onderdeel van het 14e Internationale Festival van Comtemporaine Muziek in Venetië ging het werk op 11 september 1951 in première in het Teatro La Fenice, o.l.v. de componist en met Elisabeth Schwarzkopf in de rol van Anne Truelove. Met de Rake's Progress sloot Stravinsky min of meer zijn neo-classicistische periode af die begonnen was met het Octet. In 1947 ontmoette Stravinsky Robert Craft. Deze zou niet alleen zijn assistent en huisvriend worden, maar Craft liet hem ook intensiever kennismaken met het werk van Anton Webern en met seriële muziek in het algemeen.

Stravinsky de serialist

De verhalen over Robert Crafts invloed op Stravinsky's creatieve proces zijn talrijk en niet alle even positief. Zelf zei Craft over zijn rol in 'Influence or Assistance' (opgenomen in 'Present Perspectives'): "…zonder mij was Stravinsky niet de kant opgegaan na de Rake's Progress die hij is opgegaan. Die muziekliefhebbers die liever een andere opera hadden gehad (…), meer pas de deux, en nog eens een aantal concerten zullen het idee hebben dat ze beduveld zijn; anderen, bewonderaars van Abraham and Isaac, van de Variaties en de Requiem Canticles, zullen me danken". Stravinsky schreef er zelf over in een brief aan de muziekredacteur van de Los Angeles Times in 1970. "Iedereen die mijn Agon, mijn Variaties, mijn Requiem Canticles bewondert, is enige dankbaarheid verschuldigd aan de man die mijn creatieve leven deze laatste jaren heeft gesteund" (brief opgenomen in 'Themes and Conclusions').

In de jaren tussen 1952, dus na de Rake's Progress, en 1957 verdiepte Stravinsky zich intensief in het werk van Anton Webern. De composities volgend op de Rake's Progress vertonen de eerste interesses bij Stravinsky in seriële technieken. De Cantata (W89) uit 1951-1952, een werk waaraan hij al begonnen was voor de première van de Rake's Progress, is een streng contrapunctisch werk, maar procedés uit de twaalftoonstechniek worden er al in toegepast. Ook in het Septet (W90) uit 1952-1953 is er een verbreding naar tonenreeksen, evenals in de Three Songs from William Shakespeare (W91) uit 1954.

Het succes van de Rake's Progress deed de Boston University, verantwoordelijk voor de eerste Amerikaanse productie van het werk, besluiten Stravinsky in 1953 de opdracht te geven voor een nieuwe opera. Dylan Thomas zou het libretto schrijven voor de opera. Voor het echter zo ver kwam overleed de dichter en de diep geroerde Stravinsky schreef in 1954 een tombeau voor hem, de elegie In Memoriam Dylan Thomas (W92).

Tijdens een bezoek aan Venetië in 1954 besprak Stravinsky de mogelijkheid om een werk te componeren voor het Internationale Festival van Contemporaine Muziek in Venetië. Het resultaat was Canticum Sacrum ad Honorem Sancti Marci Nominis, een cantate opgedragen aan de stad Venetië en ter ere van zijn beschermheilige. Omdat het werk slechts 17 minuten duurt besloot Stravinsky een arrangement te maken voor dezelfde bezetting als de Canticum Sacrum van Bachs kerstkoraal, 'Einige canonische Veraenderungen über das Weynacht-Lied: Vom Himmel hoch da komm ich her' (BWV 769a). Deze Chorale Variations (W-B.X) gingen in 1956 samen met de Canticum Sacrum in Venetië in première.

Het werk aan Agon (W95), een opdrachtwerk voor het New York City Ballet waaraan Stravinsky in 1953 was begonnen, werd na de onderbreking voor In Memoriam Dylan Thomas en de Canticum Sacrum voortgezet. De eerste concertuitvoering onder Robert Craft vond op 17 juni 1957 plaats ter gelegenheid van Stravinsky's 75e verjaardag, de eerste balletuitvoering ervan een half jaar later. Net als de Canticum Sacrum is Agon een synthese van tonale en seriële procedés.

Stravinsky en de Deense schrijfster Karen Blixen in 1959

In 1957 vonden veel speciale concerten plaats in verscheidene landen om Stravinsky te eren ter gelegenheid van zijn 75e verjaardag en in de herfst van dat jaar was hij o.a. de gast van Prins Max Egon zu Fürstenberg, beschermheer van de Donaueschinger Musiktage. Ter nagedachtenis aan diens dood schreef Stravinsky later in 1959 het Epithaphium (W98). Een nieuwe opdracht voor het festival in Venetië resulteerde in Threni (1957-1958; W96) voor solisten, koor en orkest. Het werk onderscheidt zich niet alleen van de vorige composities door zijn introverte karakter, maar het is ook het eerste werk dat volledig dodecafonisch is opgezet. Threni werd gevolgd door een compositie voor piano en orkest, de Movements (W97), een werk dat Stravinsky zelf als een keerpunt beschouwde in zijn latere muziek: een overgang van het algemene canonprincipe naar de procedés van de dodecafonie.

Plannen voor de viering van zijn 80e verjaardag in 1962 waren grootser dan die voor zijn 75e en drie werken kregen hun eerste uitvoering in dat jaar. A Sermon, a Narrative and a Prayer (W100), in opdracht van Paul Sacher voor het Basler Kammerorchester, was weliswaar al in 1961 afgerond, maar kreeg zijn première in 1962. CBS gaf de opdracht voor de compositie van The Flood (W102), een 'musical play' op een tekst van Robert Craft gebaseerd op het boek Genesis. Het werk werd op televisie vertoond net voor Stravinsky's verjaardag. Het derde werk uit 1962 is een a cappella werk dat Stravinsky schreef op tekst van T.S. Eliot, Anthem. The dove descending breaks the air (W101). Hoogtepunt in het eerbetoon was voor Stravinsky een ontvangst door president John F. Kennedy op het Witte Huis.' In het jaar van zijn 80e verjaardag kreeg Stravinsky ook de officiële uitnodiging om de Sovjet-Unie te bezoeken. Stravinsky bracht in 1962 een bezoek van twee weken aan zijn geboorteland.

Hugo Wolf

In opdracht van het Israëlische Festival schreef Stravinsky in 1962 de ballade voor bariton en kamerorkest Abraham and Isaac (W103), welk werk in 1964 in première ging. Dat jaar schreef hij op een tekst van W.H. Auden de Elegy for J.F.K. (W104) naar aanleiding van de moord op Kennedy het najaar ervoor. Ook Stravinsky's volgende composities zijn verbonden met de dood: op de dag van de moord op Kennedy overleed zijn vriend Aldous Huxley die hij eerde met een set variaties voor orkest, de Variations Aldous Huxley in Memoriam (W106), in 1965 overleed T.S. Eliot naar aanleiding waarvan Stravinsky Introitus (W107) schreef en in 1965-1966 volgden de Requiem Canticles (W108). Ernstige gezondheidsproblemen in 1967 verhinderden Stravinsky alle activiteit. In 1968 bewerkte hij nog de pianopartij van twee liederen van Hugo Wolf voor klein orkest. In 1969 verhuisde het echtpaar Stravinsky vanuit Los Angeles naar New York.

Overlijden

Op 6 april 1971 overleed Igor Stravinsky in zijn appartement in New York. De uitvaartdienst werd in Venetië in de Santi Giovanni e Paolo gehouden. Tijdens de dienst werd Alessandro Scarlatti's Requiem Missa Defunctorum uitgevoerd, naast drie orgelstukken van Andrea Gabrieli. Van Stravinsky zelf klonken de Requiem Canticles.

Stravinsky werd bijgezet op de begraafplaats op het eiland San Michele.

Charles Wuorinen schreef na Stravinsky's dood in 1974/1975 A Reliquary for Igor Stravinsky als eerbetoon, deels gebaseerd en geïnspireerd op niet afgemaakt werk van Stravinsky zelf.


Igor Stravinsky heeft bijgedragen aan 369 productie(s).

Igor Stravinsky heeft gewerkt in de volgende functies:


Het gehele overzicht van voorstellingen waaraan Igor Stravinsky heeft meegewerkt, voor zover geregistreerd in de Theaterencyclopedie:

NB: Bij de carrièreoverzichten zijn de voorstellingen gekoppeld aan de premièredatum. Het kan echter voorkomen dat personen niet aan de première meewerkten, maar pas later bij de voorstelling betrokken raakten.

Curriculum Vitae Theatrum
Productie Functie Producent Seizoen Premièredatum In choreografie van
De vos Auteur (schrijver libretto, scenario) Nieuwe Komedie 1971/1972 19 mei 1972 Robert Fisher
Renard Auteur (schrijver libretto, scenario) La Mama 1971/1972 2 juli 1972
Petroesjka Auteur (schrijver libretto, scenario) Hongaars Staatspoppentheater 1980/1981 6 juni 1981
Act without Words Auteur (schrijver libretto, scenario) Holland Festival 1980/1981 6 juni 1981
De vos Auteur (schrijver libretto, scenario) De Nederlandse Opera 1986/1987 23 december 1986
Le sacre du printemps Auteur (schrijver libretto, scenario) Companhia Nacional de Bailado 1998/1999 13 april 1999 Vaslav Nijinski, Millicent Hodson
De nachtegaal en andere fabels Auteur (schrijver libretto, scenario) De Nederlandse Opera 2011/2012 12 januari 2012 Martin Genest (poppen)
De geschiedenis van den soldaat Muziek Gelegenheidscombinaties 1925/1926 27 februari 1926
Dansavond Mary Smithuysen Muziek Mary Smithuysen 1926/1927 14 juli 1927
Geschiedenis van de soldaat Muziek Gelegenheidscombinaties 1929/1930 28 mei 1930
Petrouchka Muziek Dansgroep Yvonne Georgi 1938/1939 6 juni 1939 Yvonne Georgi
Petroesjka Muziek Dansgroep Yvonne Georgi 1939/1940 14 juli 1940
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Dansgroep Yvonne Georgi 1939/1940 25 oktober 1940 Yvonne Georgi
Pulcenella Muziek Dansgroep Yvonne Georgi 1939/1940 25 oktober 1940
Grand Guignol Tooneel-avonden Muziek Theatre du Grand-Guignol 1944/1945 4 november 1944
Dance Recital Muziek Darja Collin 1944/1945 28 februari 1945 Darja Collin, Michel Fokine, Igor Schwezoff, Alison Lee
Scènes de ballet Muziek Sadler's Wells Royal Ballet 1947/1948 15 maart 1947 Frederick Ashton
Jeu de cartes Muziek Holland Festival 1947/1948 1 juli 1948 Janine Charrat
Petrouchka Muziek Holland Festival 1949/1950 9 juli 1950 Michel Fokine
Le rossignol Muziek Stichting De Nederlandse Opera 1951/1952 5 juni 1952 Indra Kamadjojo
Oedipus Rex Muziek Stichting De Nederlandse Opera 1951/1952 5 juni 1952
De geschiedenis van de soldaat Muziek De Haagsche Comedie 1953/1954 26 maart 1954
Scènes de ballet Muziek Het Nederlands Ballet 1954/1955 24 september 1954 John Taras
The Cage Muziek New York City Ballet 1954/1955 30 juni 1955 Jerome Robbins
Petroesjka Muziek Het Nederlands Ballet 1955/1956 22 november 1955 Michel Fokine
De vuurvogel Muziek Het Nederlands Ballet 1956/1957 28 mei 1957 Michel Fokine
The Rake's Progress Muziek Stichting De Nederlandse Opera 1956/1957 15 juni 1957 Françoise Adret
Sanctuaire Muziek Ballet van de Nederlandse Opera 1956/1957 9 juli 1957 Françoise Adret
Jeu de cartes Muziek Ballet van de Nederlandse Opera 1956/1957 9 juli 1957 Janine Charrat
De geschiedenis van de soldaat Muziek Toneelgroep Arena 1960/1961 6 april 1961
Oedipus Rex Muziek De Nederlandsche Opera (gevestigd te Amsterdam) 1960/1961 21 april 1961
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Holland Festival 1960/1961 1 juli 1961 Aurelio M. Milloss
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Ballett der Bühnen der Stadt Köln 1960/1961 1 juli 1961 Aurelio M. Milloss
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Ballett der Bühnen der Stadt Köln 1960/1961 1 juli 1961 Aurelio M. Milloss
Le sacre du printemps Muziek Holland Festival 1961/1962 4 juli 1962 Maurice Béjart
Petroesjka Muziek Het Nationale Ballet 1962/1963 23 oktober 1962 Michel Fokine
Noces Muziek Ballet van de XXe Eeuw 1962/1963 13 november 1962 Maurice Béjart
Arcade Muziek Het Nationale Ballet 1962/1963 19 juni 1963 John Taras
Symphony in Three Movements Muziek Nederlands Dans Theater 1962/1963 5 juli 1963 Hans van Manen
Danses concertantes Muziek Nederlands Dans Theater 1963/1964 26 mei 1964 Job Sanders
Danses concertantes Muziek Ballet, The Royal 19 juni 1964 Kenneth MacMillan
I gelosi Muziek Nederlands Dans Theater 1964/1965 18 januari 1965 Benjamin Harkarvy
The Rake's Progress Muziek Sadler's Wells Opera 1964/1965 20 mei 1965
The rake's progress Muziek Sadler's Wells Opera 1964/1965 20 mei 1965
The Game of Noah Muziek Holland Festival 1964/1965 29 juni 1965 Glen Tetley
Orpheus Muziek Nederlands Dans Theater 1965/1966 27 oktober 1965 Jaap Flier
Encounter (pas de deux) Muziek Nederlands Dans Theater 1965/1966 9 februari 1966 Job Sanders
Le renard Muziek Nederlands Dans Theater 1965/1966 7 mei 1966 John Butler
Kuss der Fee Muziek Ballett der Deutschen Oper am Rhein 1965/1966 16 mei 1966 Walter
Apollon musagète Muziek Het Nationale Ballet 1965/1966 24 juni 1966 George Balanchine
De knappe zebra Muziek Scapino Ballet 1966/1967 18 september 1966 Fred Wisden
L'histoire du soldat Muziek Amsterdamsche Studenten Toneelvereeniging 1966/1967 23 april 1967
De vuurvogel Muziek Het Nationale Ballet 1967/1968 14 december 1967 Michel Fokine
Credo Muziek Holland Festival 1967/1968 26 juni 1968 John Fealey
Popromantiek Muziek Scapino Ballet 1968/1969 21 september 1968 Christian Uboldi
De sneeuwkoningin Muziek Het Nationale Ballet 1968/1969 15 oktober 1968 Ronald Hynd
Le rossignol Muziek De Nederlandse Operastichting 1968/1969 21 januari 1969 Armando Navarro
Petroesjka Muziek Het Nationale Ballet 1968/1969 14 juni 1969 Michel Fokine
Ongerijmd Muziek Scapino Ballet 1969/1970 12 december 1969 Armando Navarro
Three Pieces Muziek Stichting Mickery Workshop 1970/1971 4 november 1970 Geoff Moore
Tilt Muziek Nederlands Dans Theater 1971/1972 21 januari 1972 Hans van Manen
The Rake's Progress Muziek De Nederlandse Operastichting 1971/1972 17 maart 1972
Het verhaal van de soldaat Muziek Nieuwe Komedie 1971/1972 19 mei 1972 Robert Fisher
Agon Muziek Het Nationale Ballet 1973/1974 7 februari 1974 George Balanchine
De nachtegaal Muziek Toneelgroep De Appel 1973/1974 12 februari 1974
De geschiedenis van de soldaat Muziek Toneelgroep De Appel 1973/1974 12 februari 1974
Orpheus Muziek Het Nationale Ballet 1973/1974 21 februari 1974 Rudi van Dantzig
Le sacre du printemps Muziek Holland Festival 1973/1974 16 juni 1974 Hans van Manen
Collective Symphony Muziek Het Nationale Ballet 1974/1975 18 juni 1975 Rudi van Dantzig, Hans van Manen, Toer van Schayk
Miniatures Muziek Nederlands Dans Theater 1975/1976 20 januari 1976 Nils Christe
Ebony concerto en een tango Muziek Het Nationale Ballet 1975/1976 22 februari 1976 Hans van Manen
Gedichtje Muziek Werkcentrum Dans 1976/1977 15 september 1976 Mieke van Hoek
Adriaan Roland Holst Muziek Stichting Werkgroep Poëzie Hardop 1976/1977 2 november 1976
Capriccio voor piano en orkest Muziek Het Nationale Ballet 1976/1977 5 mei 1977 George Balanchine
Het verhaal van de soldaat Muziek Theaterschool 1976/1977 28 mei 1977 Bambi Uden
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Scapino Ballet 1977/1978 18 september 1977 Fernand Daudey
Dumbarton Oaks Muziek Het Nationale Ballet 1977/1978 23 februari 1978 Hans van Manen
Petrouchka Muziek Ballet van de XXe Eeuw 1977/1978 28 mei 1978 Maurice Béjart
De vuurvogel Muziek Ballet van de XXe Eeuw 1977/1978 28 mei 1978 Maurice Béjart
Workshopballetten Muziek Ballet, Het Nationale 7 juli 1978 Ricardo Anemaet, Leon Koning, Rob van Woerkom, Graham Lustig, Leo Besseling, Boudewijn Pleines, Mario van Drünick, Gianfranco Paoluzi
Psalmensymfonie Muziek Nederlands Dans Theater I 1984/1985 24 november 1978 Jirí Kylián
Psalmensymfonie Muziek Nederlands Dans Theater 1978/1979 24 november 1978 Jirí Kylián
Greetings Muziek Nederlands Dans Theater 1979/1980 13 september 1979 Nils Christe
Concert voor piano en blazers Muziek Nederlands Dans Theater 1979/1980 21 september 1979 Hans van Manen
Een kwestie van tijd Muziek De Groep 1979/1980 12 oktober 1979
Petroesjka Muziek Hongaars Staatspoppentheater 1980/1981 6 juni 1981
Act without Words Muziek Holland Festival 1980/1981 6 juni 1981
Soap Digest Muziek Het Nationale Ballet 1981/1982 23 september 1981 Leon Koning
Favourites Muziek Het Nationale Ballet 1981/1982 23 september 1981 Rob van Woerkom
Nomaden Muziek Nederlands Dans Theater 1985/1986 1 oktober 1981 Jirí Kylián
Greetings Muziek Scapino Ballet 1985/1986 29 november 1981 Nils Christe
The Rake's Progress Muziek De Nederlandse Operastichting 1981/1982 26 februari 1982
And So On Muziek Nederlands Dans Theater 1981/1982 24 maart 1982 Nils Christe
Five Short Stories Muziek Het Nationale Ballet 1981/1982 25 maart 1982 Hans van Manen
Spiegelbild Muziek Holland Festival 1981/1982 22 mei 1982 Marilén Breuker
Hochzeit Muziek Holland Festival 1981/1982 27 mei 1982 Reinhild Hoffmann
Landschap Muziek Het Nationale Ballet 1981/1982 2 juni 1982 Toer van Schayk
Programma III: Agon/Apollon Musagète Muziek Holland Festival 1981/1982 5 juni 1982 George Balanchine
Oedipus Rex Muziek Holland Festival 1981/1982 5 juni 1982 Pina Bausch
Das Frühlingsopfer Muziek Wuppertaler Tanztheater 1981/1982 9 juni 1982 Pina Bausch
Das Frühlingsopfer Muziek Holland Festival 1981/1982 9 juni 1982 Pina Bausch
Svadebka Muziek Nederlands Dans Theater I 1981/1982 11 juni 1982 Jirí Kylián
Svadebka Muziek Nederlands Dans Theater 1981/1982 11 juni 1982 Jirí Kylián
Mavra Muziek Studio Ensemble Nederlandse Opera Stichting 1982/1983 26 september 1982
Meeting Muziek Introdans 1982/1983 8 oktober 1982 Yvonne Toeset
A Furnished Room Muziek Stichting Danskern 1982/1983 2 februari 1983 Adrianus Kans, Ellen Crawford
For a Close Friend Muziek Nederlands Dans Theater 1982/1983 2 maart 1983 Jan Linkens
Mental Models Muziek Nederlands Dans Theater 1982/1983 1 juni 1983 William Forsythe
De lof der zotheid Muziek Het Nationale Ballet 1983/1984 27 oktober 1983 Rudi van Dantzig
Persicaire Muziek Company Vivienne Newport 1983/1984 14 november 1983 Vivienne Newport
Het verhaal dat niet verteld wordt Muziek Stichting Dansers Collectief 1983/1984 17 november 1983 Stichting Dansers Collectief
Symphony in Three Movements Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 1983/1984 17 januari 1984 Nils Christe
Nachtschade Muziek Het Penta Theater 1983/1984 27 januari 1984
Landschap met reiziger Muziek Stichting Danskern 1983/1984 22 mei 1984 Adrianus Kans
De hulpkreten Muziek Delftse Komedie 1983/1984 29 mei 1984
Histoire du soldat Muziek Holland Festival 1983/1984 6 juni 1984 Leon Koning
Duetten voor ballet en muziek Muziek Impresariaat Jacques Senf & Partners 1984/1985 7 september 1984 Nils Christe, Jan Linkens, Han Ebbelaar, George Balanchine
Movements for Piano and Orchestra Muziek Het Nationale Ballet 1984/1985 11 december 1984 George Balanchine
Petroesjka Muziek Het Nationale Ballet 1984/1985 26 januari 1985 Michel Fokine
Met en zonder met Muziek Scapino Ballet 1984/1985 5 maart 1985 Jan Linkens
L'histoire du soldat Muziek Balletgala 1984/1985 5 maart 1985 Maurice Béjart
Weefsel Muziek 't Bredaas Danstheater 1984/1985 3 mei 1985 Margriet Franken
Panovaria Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 1984/1985 9 mei 1985 Valery Panov
Le sacre du printemps Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 1984/1985 9 mei 1985 Valery Panov
Dumbarton Oaks Muziek Nederlands Dans Theater 1984/1985 13 juni 1985 Hans van Manen
Balletscènes Muziek Nederlands Dans Theater 1984/1985 13 juni 1985 Hans van Manen
Duo concertant Muziek Het Nationale Ballet 1984/1985 26 juni 1985 Nils Christe
Statues Muziek De Nieuwe Danserije 1985/1986 13 december 1985 Margriet Franken
L'histoire du soldat Muziek Nederlands Dans Theater 1985/1986 29 mei 1986 Jirí Kylián
Historien om en soldat Muziek Holland Festival 1985/1986 19 juni 1986 Misela Casjhanova
Op het lijf geschreven Muziek Impresariaat Frans van Bronkhorst 1985/1986 29 juni 1986 Nils Christe
Zoals Orpheus Muziek Het Nationale Ballet 1986/1987 23 september 1986 Toer van Schayk
The Elizabethan Phrasing of The Late Albert Ayler Muziek Karole Armitage 1986/1987 25 september 1986 Karole Armitage
Danses concertantes Muziek Scapino Ballet 1986/1987 18 oktober 1986 Nils Christe
Piano-Rag-Music + Tango Muziek Nederlands Dans Theater 1986/1987 27 november 1986 Uwe Scholz
De vos Muziek De Nederlandse Opera 1986/1987 23 december 1986
Tilt Reprise Muziek Nederlands Dans Theater 1986/1987 11 januari 1987 Hans van Manen
December-duet Muziek Dansend Hart 1986/1987 20 januari 1987 Wies Merkx
Medusa Muziek 1986/1987 7 februari 1987 Moses Pendleton, Cynthia Quinn
Medusa Muziek Momix American Dance Theatre 1986/1987 7 februari 1987 Moses Pendleton, Cynthia Quinn
The Rite of Spring Muziek Martha Graham Dance Company 1986/1987 27 februari 1987 Martha Graham
Nieuwe gezichten Muziek Nieuwe Gezichten 1986/1987 6 mei 1987 Norbert Taatgen
Sint Joris rijdt uit Muziek Nederlands Dans Theater 1987/1988 10 september 1987 Jirí Kylián, Jean-Louis Cabané, Nacho Duato
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Scapino Ballet 1987/1988 4 oktober 1987 Nils Christe
Risveglio dell'umanita Muziek Internationale Balletgroep Liliane Cosi en Marinel Stefanescu 1987/1988 23 november 1987 Marinel Stefanescu
Violin concerto Muziek Het Nationale Ballet 1987/1988 5 februari 1988 George Balanchine
L'histoire du soldat Muziek Compagnia Teatro Dimitri 1987/1988 26 februari 1988
Vier zusters Muziek Dansend Hart 1987/1988 26 februari 1988 Wies Merkx
Het verhaal van de soldaat Muziek Opera SKON 1987/1988 1 maart 1988
Naakt met viool Muziek Danstheater Nan Romijn 1987/1988 11 maart 1988 Nan Romijn
Bleek goud Muziek Compagnie Peter Bulcaen 1987/1988 26 mei 1988 Piet Rogie
Geschehen Muziek Renate Kraak 1987/1988 21 juni 1988
Symphony in Three Movements Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 1988/1989 24 september 1988 Nils Christe
Capriccio Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 1988/1989 24 september 1988 George Balanchine
Cross Your Heart Muziek Marjolein van Nieuwkerk 1988/1989 27 oktober 1988 Marjolein van Nieuwkerk, Albert Jan van der Stel
Geschiedenis van de soldaat Muziek Toneelacademie Maastricht 1988/1989 18 november 1988
Overlap Lovers: An Intrigue in Three Parts Muziek Dans Festival Breda 1988/1989 19 november 1988 Matthew Bourne
Zoals Orpheus Muziek Het Nationale Ballet 1988/1989 7 december 1988 Toer van Schayk
Clemens' kamer Muziek Compagnie Peter Bulcaen 1988/1989 12 januari 1989 Piet Rogie
L'oiseau de feu Muziek Dansacademie Brabant 1988/1989 13 maart 1989 Michel Fokine
Video Space Muziek Stichting Dansproduktie 1988/1989 21 maart 1989 Bianca van Dillen
M.I. Muziek Stichting Dansproduktie 1988/1989 17 april 1989 Charles Corneille
Black Cake Muziek Nederlands Dans Theater 1988/1989 20 april 1989 Hans van Manen
L'histoire du soldat Muziek De Onderneming 1988/1989 2 mei 1989
ABC / French Letters / A Discourse of The Pleasures of Smoking Given by The Last 3-Point Clay Pipe Dancer of Ireland / Etuden transcendentales / De Infanta's verjaardag / Epitaphium Muziek Vestris 1988/1989 27 mei 1989 Jonathan Burnett
Capriccio voor piano en orkest / Rubies Muziek Holland Dance Festival 1989/1990 14 september 1989 George Balanchine
Apollo Muziek Holland Dance Festival 1989/1990 14 september 1989 George Balanchine
Symphony in Three Movements Muziek Holland Dance Festival 1989/1990 15 september 1989 George Balanchine
Le sacre du printemps Muziek Ballet de Tours 1989/1990 19 september 1989 Jean-Christophe Maillot
De geschiedenis van de soldaat Muziek Theater Kwan 1989/1990 28 oktober 1989
Firebird Muziek The Tokyo Ballet 1989/1990 10 november 1989 Maurice Béjart
Symphony in Three Movements Muziek Scapino Ballet Rotterdam 1989/1990 22 november 1989 Nils Christe
De tijgerin Muziek Southern Comfort 1989/1990 15 mei 1990
Lucht Muziek Stichting Ponton 1989/1990 17 mei 1990 Wybo Platenkamp
Lelijke eend Muziek Dansmelange/Krater 1989/1990 23 mei 1990 Nita Liem
State of Darkness Muziek 1989/1990 24 mei 1990 Molissa Fenley
The Fairy's Kiss Muziek Moscow Classical Ballet 1990/1991 27 september 1990 Natalya Kasatkina, Vladimir Vasiljev
A Surprising Story of Swinging Shoes Muziek Opus One 1990/1991 18 december 1990 Billy Wilson, Rob Brown
Chanson russe Muziek Scapino Ballet Rotterdam 1990/1991 13 april 1991 Nils Christe
Jeux. Le sacre du printemps Muziek Dansgezelschap Reflex 1990/1991 28 april 1991 Hans Tuerlings
For A Close Friend Muziek Holland Festival 1990/1991 21 juni 1991 Jan Linkens
Les noces Muziek Het Nationale Ballet 1990/1991 27 juni 1991 Bronislava Nijinska
Gifts of The Sea / Medusa Muziek Momix American Dance Theatre 1991/1992 2 november 1991 Moses Pendleton
Une femme chaque nuit voyage en grand secret Muziek Holland Dance Festival 1991/1992 9 november 1991 Régis Obadia, Joëlle Bouvier
Pas de deux uit Violin Concerto Muziek Balletgala 1991/1992 11 november 1991 George Balanchine
L'histoire du soldat Muziek Hogeschool voor de Kunsten Utrecht 1991/1992 25 november 1991
Tiempo Muziek Hubbard Street Dance Company 1991/1992 25 november 1991 John McFall
Bloed Muziek Truus Bronkhorst 1991/1992 17 maart 1992 Truus Bronkhorst
Scènes de ballet Muziek Het Nationale Ballet 1991/1992 21 maart 1992 Frederick Ashton
Greetings Muziek Danstheater voor de jeugd Piccolo Mondo 1991/1992 29 maart 1992 Nils Christe
Oidipoes Muziek Theatergroep Aluin 1992/1993 27 november 1992
Shorthand / Six Stravinsky Pieces Muziek Nederlands Dans Theater 1992/1993 14 januari 1993 Hans van Manen
1/2 Wrong Plus Laytext Muziek Stephen Petronio Company 1992/1993 12 april 1993 Stephen Petronio
Impressie Muziek Blauw Vier vzw 1992/1993 24 april 1993
Scrambled Virgins Muziek Nederlands Dans Theater 1992/1993 3 mei 1993 Gaby Baars
The Rake's Progress Muziek Opera Spanga 1992/1993 22 juli 1993
Firebird Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 1993/1994 29 september 1993 Mauricio Wainrot
Different Partners Muziek Nederlands Dans Theater 1993/1994 21 oktober 1993 Hans van Manen
Symphony in Three Movements Muziek Het Nationale Ballet 1993/1994 19 maart 1994 George Balanchine
Agon Muziek Les Grands Ballets Canadiens 1993/1994 7 april 1994 George Balanchine
Het verhaal van de soldaat Muziek Ro Theater 1993/1994 9 juni 1994 Paula Vink
O Muziek Michael Clark Company 1993/1994 8 juli 1994 Michael Clark
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Compagnie Michèle Anne de Mey 1994/1995 20 augustus 1994 Michèle Anne de Mey
Noces Muziek Ballet Preljocaj 1994/1995 13 september 1994 Angelin Preljocaj
...Danst om de rozen die raadselen zijn Muziek Nederlands Eurythmie Ensemble 1994/1995 4 oktober 1994 Werner Barfod
De engel en ik Muziek Dansend Hart 1994/1995 30 oktober 1994 Wies Merkx
Ontembaar Muziek DansWerkplaats Amsterdam 1994/1995 2 maart 1995 Paulien Haakma
Hommage à Regnault Muziek Pauline Daniëls 1995/1996 23 oktober 1995 Pauline Daniëls
Le sacre du printemps Muziek Cie. Marie Chouinard 1995/1996 4 december 1995 Marie Chouinard
Recital Muziek Het Gevolg 1995/1996 7 januari 1996
Konzertantes Duo Muziek Introdans 1995/1996 26 januari 1996 Renato Zanella
The Old Man and Me Muziek Nederlands Dans Theater III 1995/1996 29 februari 1996 Hans van Manen
Dansé donsé dan dan Muziek Victoria 1995/1996 22 maart 1996 Latrinité
Paradiso - Strawinsky for Kids Muziek Dansend Hart 1996/1997 27 oktober 1996 Wies Merkx
De droom van een arme houthakker Muziek Stichting Feike Boschma 1996/1997 2 november 1996
Les noces Muziek Scapino Ballet Rotterdam 1996/1997 27 november 1996 Roberto de Jonge, Maria Voortman
Le sacre du printemps Muziek Scapino Ballet Rotterdam 1996/1997 27 november 1996 Ed Wubbe
L'histoire du soldat Muziek Nederlands Blazers Ensemble 1996/1997 20 april 1997
The Rake's Progress Muziek Onafhankelijk Toneel 1996/1997 14 mei 1997 Ton Lutgerink
Meditation - 3 Muziek Hardbeat 1996/1997 29 mei 1997 Yusuf Daniels
Ubiloz vanilla Muziek Nederlands Dans Theater 1996/1997 1 juni 1997 Stijn Celis
De vloek van Walg Muziek Kindertheater Kijk Haar Nou 1997/1998 3 september 1997
Moving Target Muziek Charleroi / Danses 1997/1998 28 september 1997 Frédéric Flamand, Douglas Becker
Klavier Muziek Rogie & Company 1997/1998 6 november 1997 Piet Rogie
The Old Man and Me Muziek Balletgala 1997/1998 30 januari 1998 Hans van Manen
Klavier Live Muziek Rogie & Company 1997/1998 17 februari 1998 Piet Rogie
Psalmensymfonie Muziek De Nederlandse Opera 1997/1998 4 maart 1998
Oedipus Rex Muziek De Nederlandse Opera 1997/1998 4 maart 1998
Duet uit Agon Muziek Introdans 1997/1998 3 april 1998 George Balanchine
The Fortune Biscuit Muziek De Rotterdamse Dansgroep 1998/1999 30 september 1998 Javier de Frutos
The Rake's Progress Muziek De Nederlandse Opera 1998/1999 4 november 1998
Petra Penari mag niet op safari Muziek Theater Artemis 1998/1999 12 november 1998
Petroesjka Muziek Introdans 1998/1999 15 januari 1999 Jorma Uotinen
De stenen tuin Muziek Kindertheater Kijk Haar Nou 1998/1999 27 februari 1999
Le sacre du printemps Muziek Companhia Nacional de Bailado 1998/1999 13 april 1999 Vaslav Nijinski, Millicent Hodson
Events for Television (again) Muziek Springdance 1998/1999 25 april 1999
Model Muziek Rogie & Company 1998/1999 26 mei 1999 Piet Rogie
L'histoire du soldat Muziek Vooropleiding Theater 1998/1999 12 juni 1999
Bijbelse stukken Muziek De Nederlandse Opera 1998/1999 14 juni 1999 Mark Morris, Donald Byrd
Le sacre du printemps Muziek Het Nationale Ballet 1999/2000 10 februari 2000 Wayne Eagling
Do Not Go Gentle... Muziek Het Nationale Ballet 1999/2000 15 februari 2000 Krzysztof Pastor
Black Cake Muziek Het Nationale Ballet 1999/2000 2 mei 2000 Hans van Manen
Duo concertant Muziek Het Nationale Ballet 2000/2001 7 september 2000 George Balanchine
Het verhaal van de soldaat Muziek Stichting Vrije Val 2000/2001 17 september 2000
Het verhaal van de soldaat Muziek Toneelgroep De Appel 2000/2001 6 oktober 2000 Ricardo Sibelo
Variation on A Theme Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 2000/2001 10 oktober 2000 Christopher d' Amboise
Le sacre du printemps Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 2000/2001 10 oktober 2000 Christopher d' Amboise
The Rake's Progress Muziek Cultuurcentrum VU Griffioen 2000/2001 12 oktober 2000
Histoire d'A (groepsportret) Muziek Muziektheater Transparant 2000/2001 2 november 2000
Dream Play Muziek Nederlands Dans Theater II 2000/2001 16 november 2000 Johan Inger
Petrouchka Muziek Kirov Ballet 2000/2001 20 maart 2001 Michel Fokine
Petrushka Muziek Theater De Spiegel 2001/2002 7 september 2001
The Cage Muziek Het Nationale Ballet 2001/2002 9 oktober 2001 Jerome Robbins
Popoor Muziek Het Concertgebouw, Amsterdam 2001/2002 9 februari 2002
Mavra Muziek Opera Spanga 2001/2002 21 juni 2002
Sympathy for The Devil Muziek Noord Nederlands Toneel 2002/2003 10 december 2002
Max T. Muziek Muziektheatercollectief Walpurgis 2002/2003 5 februari 2003
I Feel Good Muziek Stichting van de Toekomst 2002/2003 7 februari 2003 Truus Bronkhorst, Marien Jongewaard
Noces Muziek Rotterdamse Dansacademie 2002/2003 9 maart 2003 Angelin Preljocaj, Naomi Perlov
Duo Concertant Muziek École Supérieure de Danse de Cannes 2002/2003 12 maart 2003 Yan Giraldou
L'histoire du soldat Muziek Holland Wind Players 2002/2003 20 maart 2003
(But if A Look Should) April Me Muziek Rosas VZW 2002/2003 24 maart 2003 Anne Teresa de Keersmaeker
L'histoire du soldat Muziek Zeeland Nazomerfestival 2003/2004 26 augustus 2003
De vuurvogel Muziek TOG jeugdtheater 2003/2004 6 september 2003
Duet uit Black Cake Muziek Introdans Ensemble voor de Jeugd 2003/2004 20 september 2003 Hans van Manen
Orlando Muziek Theater aan het Spui, 's-Gravenhage 2003/2004 30 oktober 2003 Thom Stuart
The Rite of Spring Muziek Ballet Preljocaj 2003/2004 4 november 2003 Angelin Preljocaj
Le sacre du printemps Muziek Ballet Preljocaj 2003/2004 4 november 2003 Angelin Preljocaj
Rite of Spring Muziek Gastprogrammering Het Muziektheater 2003/2004 13 november 2003 Shen Wei
Rite of Spring Muziek Shen Wei Dance, Arts 13 november 2003 Shen Wei
Noces Muziek Nederlands Dans Theater I 2003/2004 5 februari 2004 Angelin Preljocaj
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Het Nationale Ballet 2003/2004 11 februari 2004 Ted Brandsen
Spring Muziek Rogie & Company 2003/2004 11 maart 2004 Piet Rogie
Shorthand / Six Stravinksky Pieces Muziek Introdans 2003/2004 20 maart 2004 Hans van Manen
Voice Muziek Het Nationale Ballet 2003/2004 15 juni 2004 Krzysztof Pastor
L'histoire du soldat Muziek Theater Oostpool 2003/2004 17 juni 2004 Ben Holder
Petroesjka Muziek Nederlands Dans Theater I 2004/2005 16 september 2004 Nancy Euverink, Meryl Tankard, Parvaneh Scharafali, Mariëtte Redel, Stefan Zeromski, Ivan Dubreuil, Susan Laraghy, Urtzi Aranburu, Shirley Esseboom, Patrick Marin, Africa Guzmán, Natasa Novotná, Lukás Timulak, Medhi Walerski, Pedro Goucha
Violin concerto Muziek Koninklijk Ballet van Vlaanderen 2004/2005 9 oktober 2004 Nicolo Fonte
Apollon musagète Muziek Ballet van het Mariinsky Theater 2004/2005 19 oktober 2004 George Balanchine
Pulcinella - Léonide Massine, Igor Strawinsky Muziek Introdans Ensemble voor de Jeugd 2004/2005 23 oktober 2004 Nils Christe
Vuurvogel Muziek Het Nationale Ballet 2004/2005 16 december 2004 Ted Brandsen
Apollon musagète Muziek The Joffrey Ballet 2004/2005 26 januari 2005 George Balanchine
Le sacre du printemps Muziek The Joffrey Ballet 2004/2005 26 januari 2005 Vaslav Nijinski
Les noces Muziek Kirov Ballet 2004/2005 27 januari 2005 Bronislava Nijinska
Mavra Muziek Helikon Opera 2004/2005 27 januari 2005
The Rake's Progress Muziek Nationale Reisopera 2004/2005 23 april 2005
The Rite of Spring Muziek Holland Dance Festival 2005/2006 28 oktober 2005 Emanuel Gat
Le sacre du printemps Muziek Gastprogrammering Het Muziektheater 2005/2006 1 februari 2006 Heddy Maalem
Van melkmeisje tot Mondriaan Muziek Penguin Dance 2005/2006 11 februari 2006 Penguin Dance
IGOR Muziek Stella Den Haag 2005/2006 24 maart 2006
Falfurious Muziek Rotterdamse Dansacademie 2005/2006 26 juni 2006 Stephen Shropshire
Bava Muziek DWA danswerkplaats & dansproductiehuis 2005/2006 27 juni 2006 Ulrike Quade, Giulia Mureddu
Rubies Muziek Het Nationale Ballet 2006/2007 8 september 2006 George Balanchine
Sacre Muziek Springdance 2006/2007 1 oktober 2006 David Weber-Krebs
Aladdin en de wonderlamp Muziek Het Nederlands Marionettentheater 2006/2007 21 oktober 2006
Oak Muziek Dance Unit 2006/2007 27 oktober 2006 Beppie Blankert
Sacre Muziek Dance Unit 2006/2007 27 oktober 2006 Bianca van Dillen
D'un soir un jour Muziek Rosas VZW 2006/2007 17 januari 2007 Anne Teresa de Keersmaeker, Fumiyo Ikeda, Vaslav Nijinski, Mark Lorimer, Kosi Hidama, Taka Shamoto, Cynthia Loemij, Marta Coronado, Clinton Stringer, Moya Michael, Elizaveta Penkóva, Igor Shyshko, Zsuzsa Rozsavölgyi, Kaya Kolodziejczyk, Tale Dolven, Bostjan Antoncic
De bruiden Muziek Scapino Ballet Rotterdam 2006/2007 9 februari 2007 Ed Wubbe
Janus Zevenklap Muziek Rood Verlangen 2006/2007 11 februari 2007
Pinokkio Muziek Het Nederlands Marionettentheater 2007/2008 8 september 2007
The Old Man and Me Muziek Bayerisches Staatsballett 2007/2008 15 september 2007 Hans van Manen
Lichtsporen Muziek Else Klink Eurythmie Ensemble 2007/2008 19 november 2007
Krapp's Last Tape Muziek Nederlands Kamerorkest 2007/2008 24 november 2007
O Rex Muziek Productiehuis Rotterdam (Rotterdamse Schouwburg) 2007/2008 25 januari 2008
O Rex Muziek Crew VZW 25 januari 2008
Lisa's wiegelied Muziek Productiehuis Jeugdconcerten 2007/2008 19 april 2008
4littlegirls Muziek Stichting DasArts 2007/2008 17 mei 2008
De noces / Svadebka / De bruiloft Muziek Muziektheatercollectief Walpurgis 2007/2008 13 juni 2008
Balletscenes Muziek Introdans 2008/2009 19 september 2008 Hans van Manen
Symphony in Three Movements Muziek Introdans 2008/2009 19 september 2008 Nils Christe
Pictures on Stravinsky Muziek Introdans 2008/2009 19 september 2008 Gisela Rocha
The Firebird Muziek Slovak Dance Theatre 2008/2009 8 maart 2009 Jan Durovcik
Etude for The Left Leg Muziek Het Nationale Ballet 2008/2009 25 juni 2009 Milena Sidorova
Svadebka! De dorpsbruiloft Muziek Grachtenfestival 2009/2010 15 augustus 2009
Repelsteeltje Muziek Het Nederlands Marionettentheater 2009/2010 5 september 2009
Double Points: Janine Muziek Emio Greco 2009/2010 26 oktober 2009 Emio Greco, Pieter C. Scholten
Dumbarton Dances Muziek Het Nationale Ballet 2009/2010 4 november 2009 Krzysztof Pastor
Reis om de wereld in 80 minuten Muziek Béjart Ballet Lausanne 2009/2010 11 november 2009 Maurice Béjart
Commedia Muziek Het Muziektheater Amsterdam 2009/2010 12 november 2009 Christopher Wheeldon
Faustspuren Muziek Ensemble Theaterwandel 2009/2010 9 december 2009 Bärbel Stenzenberger, Karen Savage
Nainioushka Muziek IOTA 2009/2010 25 april 2010
De cornet - Stad van verlangen IV Muziek O. Festival 2009/2010 28 mei 2010
Noottocht Muziek PeerGrouP 2009/2010 10 juni 2010
Nijinski, Dancer, Clown, God Muziek Het Nationale Ballet 2009/2010 15 juni 2010 Krzysztof Pastor
Vuurvogel Muziek Scapino Ballet Rotterdam 2010/2011 2 oktober 2010 Marco Goecke
Rose Muziek Sungsoo Ahn Pick-up Group 2010/2011 11 november 2010 Sung Soo Ahn
Entre deux Muziek Introdans 2010/2011 4 februari 2011 Thierry Malandain
Psalmensymfonie Muziek Introdans 2010/2011 4 februari 2011 Lucinda Childs
Le sacre du printemps Muziek Introdans 2010/2011 4 februari 2011 Nils Christe
Amoroso Muziek Korzo producties 2010/2011 5 mei 2011 Cora Bos-Kroese
Roodkapje en Assepoester Muziek Theater Gnaffel 2010/2011 15 mei 2011
De vuurvogel Muziek De Dutch Don't Dance Division 2010/2011 17 mei 2011 Thom Stuart
The Rite of Spring Muziek Dansgroep Amsterdam 2010/2011 3 juni 2011 Andonis Foniadakis
L'histoire du soldat Muziek Stichting Grand Theatre 2010/2011 4 juni 2011 Club Guy & Roni, Guy Weizman
De vuurvogel Muziek De Dutch Don't Dance Division 2010/2011 17 juni 2011 Thom Stuart
Danse Infernale Muziek De Dutch Don't Dance Division 2010/2011 17 juni 2011 Thom Stuart
Mau ketemu Iblis…? L’Histoire du Soldat Muziek DCMC 2011/2012 5 augustus 2011 Gerard Mosterd
Noces Muziek Introdans 2011/2012 7 oktober 2011 Stijn Celis
L'histoire du soldat Muziek Kantor Pos, The Dutch Chamber Music Company 2011/2012 8 oktober 2011 Gerard Mosterd, Martinus Miroto, Sri Qadariatin, Eko Supriyanto, Jamaluddin Latif
Kleine Pastorale Muziek Poppentheater Damiët van Dalsum 2011/2012 14 december 2011
De nachtegaal en andere fabels Muziek De Nederlandse Opera 2011/2012 12 januari 2012 Martin Genest (poppen)
The Oracle Muziek Meryl Tankard 26 januari 2012 Meryl Tankard, Paul White
A Javanese L’Histoire du Soldat Muziek Gerard Mosterd 2012/2013 1 juni 2012 Gerard Mosterd
A Spring (Two) Matter Muziek Stichting Jens van Daele 2012/2013 30 augustus 2012 Jens van Daele
L'Histoire Du Soldat Muziek Gerard Mosterd 2012/2013 17 november 2012 Gerard Mosterd
Vuurvogel Muziek Stella Den Haag 2012/2013 18 november 2012
Symphony in C Muziek Het Nationale Ballet 2012/2013 7 februari 2013 George Balanchine
Agon Muziek Het Nationale Ballet 2012/2013 7 februari 2013 George Balanchine
L'Histoire du Soldat Muziek Club Guy & Roni 2012/2013 8 februari 2013 Roni Haver, Guy Weizman
Sacré sacre du printemps Muziek Laurent Chétouane 2012/2013 20 mei 2013 Laurent Chétouane
The Rite of Spring Muziek Roger Bernat 2012/2013 14 juni 2013
Le Sacre du Printemps Muziek Het Nationale Ballet 2012/2013 15 juni 2013 Shen Wei
Amor Muziek C-scope 2013/2014 15 november 2013 Cora Bos-Kroese
Firebird Suite Muziek Introdans 2013/2014 7 februari 2014 Stijn Celis
L'Aprés-midi d'un faune Muziek Introdans 2013/2014 7 februari 2014 Thierry Malandain
Vuurvogel Muziek Het Nationale Ballet 2013/2014 1 maart 2014 Alexei Ratmansky
The Old Man and Me Muziek Het Nationale Ballet 2013/2014 14 mei 2014 Hans van Manen
L'Histoire du Soldat (Goenawan Mohamad versie) Muziek Komunitas Salihara 2013/2014 11 juli 2014 Gerard Mosterd
Faun Muziek Opera Ballet Vlaanderen 2015/2016 19 februari 2016 Sidi Larbi Cherkaoui
Apollon Musagète Muziek Het Nationale Ballet 2015/2016 25 maart 2016 George Balanchine
Violin Concerto Muziek Het Nationale Ballet 2015/2016 25 maart 2016 George Balanchine
Black Cake Muziek Introdans 2016/2017 21 januari 2017 Hans van Manen
Black cake Muziek Introdans 2016/2017 21 januari 2017 Mea Venema, Hans van Manen
Een Javaanse L'Histoire du Soldat Muziek Stichting New European Ensemble 2016/2017 16 maart 2017 Gerard Mosterd
Mon élue noire Muziek Untold 2016/2017 7 juli 2017 Olivier Dubois
The Rake's Progress Muziek De Nationale Opera 2017/2018 1 februari 2018
Firebird Muziek São Paulo Companhia de Dança 2018/2019 4 april 2019 Marco Goecke
Best of Balanchine III Muziek Het Nationale Ballet 2019/2020 13 september 2019 George Balanchine
Geschiedenis van de soldaat Muziek SoundWave Collective 2021/2022 1 juli 2022
Het Barre Land Muziek Amsterdam Sinfonietta 2022/2023 24 september 2022 Marco Gerris, Rachel Melief
The Rite of Spring Muziek Holland Festival 2019/2020 12 januari 2023 Pina Bausch
A Human Race Muziek Tanzkomplizen 2023/2024 30 januari 2024 Mark Sheats, Grichka Caruge, Luka Austin Seydou, Solomon Quaynoo, Rochdi Alexander Schmitt, Émilie OuedraogoSpencer
Pictures on Stravinsky Dirigent Introdans 2008/2009 19 september 2008 Gisela Rocha

Stravinsky in Nederland

Igor Stravinsky achter de piano, omringd door o.a. Frits van Dijk en Paul Huf sr.

Van Royen beschrijft dat Willem Mengelberg in 1917 reeds zijn concertbezoekers liet kennismaken met Feu d’artifice en vijf jaar later in 1922 met Le Sacre du printemps. In 1923 voerde Gabriel Pierné Petroesjka uit en nogmaals Willem Mengelberg Le chant du Rossignol. In 1924 volgde Karl Muck met Le Rossignol en Pierre Monteux met Le Sacre du printemps. Het Concertgebouworkest begeleidde voor de Wagnervereniging een uitvoering van Pulcinella en Petroesjka door Les Ballets Russes, waarschijnlijk in de Stadsschouwburg.

Op 20 november 1924 trad Stravinsky zelf in Amsterdam als pianosolist op in zijn Concert voor piano en blazers en op 23 november als dirigent van het Lied van de Wolgaslepers, Scherzo fantastique, Chant du Pêcheur en Air du rossignol. Ruim een jaar later, in 1926, verbleef Stravinsky weer in Amsterdam. Het Concertgebouworkest onder leiding van Mengelberg verwelkomde hem met Le Sacre du printemps en L'Oiseau de Feu. De gast trad als solist op in zijn Concert voor piano en blazers en hij dirigeerde de Suite nr. 1 en Suite nr. 2 voor klein orkest. Op zaterdagavond 27 februari 1926 werd in de Stadsschouwburg onder auspiciën van De Kring Histoire du Soldat voor het eerst scenisch uitgevoerd (met toneel) in een vertaling van Martinus Nijhoff. Hieraan werkten leden van het Concertgebouworkest mee met Paul F. Sanders als dirigent. Op 28 februari 's middags en 's avonds dirigeerde Stravinsky zelf voor een enthousiast publiek zijn Sacre du Printemps. Op 24 november 1924 schreef Stravinsky in het gastenboek van het Concertgebouw: 'Un grand salut au Concertgebouw' en maakte hij een tekening van Willem Mengelberg. In de jaren 1924-1939 kwam Stravinsky 19 keer op de programma’s van het Concergebouworkest voor.

Tijdens de Duitse bezetting van Nederland werd zijn muziek in het Concertgebouw niet meer gehoord. Op 10 december 1947 dirigeerde Otto Klemperer, als gastdirigent, Stravinsky’s Symfonie in drie delen. Stravinsky was gast tijdens het Holland Festival in 1952. Le Rossignol en Oedipus Rex werden uitgevoerd. Het festival werd geopend met een concert in de Ridderzaal, in aanwezigheid van koningin Juliana. Zij liet zich voorstellen aan de componist en merkte beleefd op dat zij zijn werk bewonderde, waarop Stravinsky onmiddellijk antwoordde met "En welk van mijn werken bewondert u, majesteit?" Stravinsky stond in de periode dat Eduard van Beinum dirigeerde 59 keer op de lessenaars van het orkest. Stravinsky maakte zelf drie grammofoonopnames. In de periode Bernard Haitink van 1961-1984 werd Stravinsky 48 keer geafficheerd.

Op 29 augustus 2008 voerde de Kölner Akademie onder leiding van Michael Alexander Willens tijdens het openingsconcert van het Festival Oude Muziek in Utrecht de Sacre du Printemps 'authentiek' uit, dat wil zeggen gerealiseerd met de middelen en opvatting (instrumenten, tempo-aanduidingen, articulaties) van de première in 1913.

Literatuur

  • Andriessen, Louis en Elmer Schönberger (1983), Het apollinisch uurwerk, Amsterdam, De Bezige Bij
  • Bank, Jan en Emile Wennekes (2006), De klank als handschrift, Amsterdam, Uitgeverij J.M. Meulenhoff
  • Carr, Maureen A. (2002), Multiple Masks. Neoclassicism in Stavinsky's Works on Greek Subjects, Lincoln en Londen, University of Nebraska Press
  • Craft, Robert (1982), Igor und Vera Strawinsky. Ein Fotoalbum 1921 bis 1971 (vertaling van de oorspr. Engelstalige versie), Herrsching am Ammersee, Schuler Verlagsgesellschaft
  • Craft, Robert (1984), "Influence or Assistance" in: Present Perspectives. Critical Writings, New York, Knopf, pp. 246–264
  • Craft, Robert (1982), Stravinsky. Selected Correspondence Volume I, Londen, Faber & Faber
  • Craft, Robert (1985), Stravinsky. Selected Correspondence Volume III, Londen en Boston, Faber & Faber
  • Craft, Robert (1992), Stravinsky: Glimpses of a Life, New York, St. Martin's Press
  • Craft, Robert (1994), Stravinsky. Chronicle of a Friendship. Revised and Expanded Edition, Nashville en Londen, Vanderbilt University Press
  • Debussy, Claude (2005), Correspondance 1872-1918 (red. François Lesure en Denis Herlin met annotaties van François Lesure, Denis Herlin en Georges Liébert), Parijs, Gallimard
  • Dömling, Wolfgang (1989), Stravinsky (Ned. vertaling van Igor Stravinsky, in Selbstzeugnissen und Bilddokumenten, 1982), Haarlem, Gottmer
  • Griffiths, Paul (1992), Stravinsky, The Master Musicians, New York, Schirmer
  • Haimo, Ethan en Paul Johnson (red.)(1987), Stravinsky Retrospectives, Lincoln en Londen, University of Nebraska Press
  • Joseph, Charles M. (2001), Stravinsky Inside Out, New Haven en Londen, Yale University Press
  • Joseph, Charles M. (2002), Stravinsky and Balanchine, New Haven en Londen, Yale University Press
  • McFarland, Mark (2011), “Igor Stravinsky.” In Oxford Bibliographies Online: Music. Edited by Bruce Gustavson. New York: Oxford University Press. http://oxfordbibliographiesonline.com.
  • Overbeeke, Emanuel (1994), Stravinsky in de spiegel van zijn tijd, Haarlem, Gottmer
  • Ramuz, C.F. (1997), Souvenirs sur Igor Strawinsky, Séquences, Rezé
  • Royen, H.J. van (red.)(1989), Historie en kroniek van het Concertgebouw en het Concertgebouworkest, Zutphen, De Walburg Pers
  • Schönberger, Elmer (red.)(1987), Stravinsky. 8 concerten, Hilversum, VARA
  • Stravinsky, Igor (1972), Themes and Conclusions, Londen, Faber & Faber
  • Stravinsky, Igor (1975), An Autobiography (Eng. vertaling (1936) van Chroniques de ma Vie, 1935), Londen, Calder & Boyars
  • Stravinsky, Igor en Robert Craft (1960), Memories and Commentaries, Londen, Faber & Faber
  • Stravinsky, Igor en Robert Craft (1982), Dialogues and a Diary, Londen, Faber & Faber
  • Stravinsky, Vera en Robert Craft (1978), Stravinsky in Pictures and Documents, New York, Simon and Schuster
  • Stravinsky, Igor (1942/1974), Poetics of Music in the form of Six Lessons, vertaling door Arthur Knoedel en Ingold Dahl van Poétique musicale, Cambridge, Harvard University Press
  • Leur, Truus de (2004), Eduard van Beinum 1900-1959, musicus tussen musici, Bussum, Uitgeverij Thoth
  • Walsh, Stephen (2000), Stravinsky. A Creative Spring. Russia and France, 1882-1934, Londen, Cape
  • Walsh, Stephen (2006), Stravinsky. The Second Exile. France and America, 1934-1971, New York, Knopf
  • White, Eric Walter (1979), Stravinsky. The Composer and his Works, Londen, Faber and Faber

Bronnen