Pieter Cornelisz. Hooft
Naam | Pieter Cornelisz. Hooft |
---|---|
Geboortedatum | 16 maart 1581 |
Geboorteplaats | Amsterdam |
Overlijdensdatum | 21 mei 1647 |
Overlijdensplaats | 's-Gravenhage |
Beroep | Schrijver, Dichter |
Externe databases: | |
DBNL | |
VIAF |
Biografie
Hooft stamde uit het Amsterdamse regentengeslacht Hooft en was de zoon van Cornelis Hooft, die tal van functies in het bestuur van Amsterdam bekleedde, onder andere als burgemeester. Hij was familie van Louis de Geer, Andries Bicker, Cornelis de Graeff en Johan de Witt.
Op 17-jarige leeftijd werd Pieter Corneliszoon Hooft door zijn vader op reis naar Frankrijk en Italië gestuurd. De bedoeling hiervan was dat hij zich zou voorbereiden op een toekomstige handelscarrière. De jonge Hooft raakte tijdens zijn reis echter dermate gefascineerd door de kunst van de Italiaanse renaissance, dat hij de rest van zijn leven hoofdzakelijk aan het beoefenen van kunst zou wijden.
Hooft is tweemaal getrouwd geweest. In 1610 trouwde hij met Christina van Erp, die in 1624 op 32-jarige leeftijd overleed nadat eerder vier kinderen waren gestorven. Na haar dood hertrouwde Hooft in 1627 met Leonora Hellemans (1595-1661). Zijn weduwe kocht het pand op Keizersgracht 65, dat het echtpaar al jaren bewoonde.
Rederijker
Hooft is lid geweest van de Amsterdamse rederijkerskamer de Eglentier die In Liefde bloeyende als zinspreuk had. Ook daar drongen de vernieuwingen van de literaire renaissance door. Hooft zal er ongetwijfeld toen al mee in aanraking zijn gekomen. Maar pas tijdens zijn grand tour leerde hij de nieuwe poëzie echt kennen.
Muiderkring
Hooft was drost en kastelein van Muiden, baljuw van Naarden en Gooiland en hoofdbaljuw en dijkgraaf van Weesp, Weesperkarspel en Hoog-Bijlmer. Hij woonde gedurende 40 jaar in het Muiderslot, bij het huidige Muiden Vesting. Mede dankzij Leonora's toedoen was het Muiderslot een plek geworden waar kunstenaars en geleerden geregeld bijeenkwamen. Om het sociale en culturele leven aldaar te stimuleren werden bijzondere mensen geïnviteerd, die veelal geïnteresseerd waren in literatuur en wetenschap. Zo ontstond de Muiderkring, al moet bij deze benaming - uit de 19de eeuw - worden bedacht dat hier eerder sprake was van incidentele ontmoetingen dan van geregelde samenkomsten. Na het laatste feest aan het einde van de zomertijd namen ze van elkaar afscheid met de groet "tot in de pruimentijd", hiermee de volgende zomer bedoelend. Bij deze vriendenkring hoorden onder anderen:
- Constantijn Huygens
- Bredero
- Anna Roemersdochter Visscher
- Jan Pieterszoon Sweelinck
- Maria Tesselschade Visscher
- Gerardus Vossius
- Casparus Barlaeus
- Albert Burgh
- Laurens Reael
- Roemer Visscher
- Jan Vos
- Joost van den Vondel
- Jacob Cats
Politiek
Hooft gebruikte zijn toneelstukken om zijn gematigd-orangistische staatkundige opvattingen te uiten. Hij hield er een neo-stoïcijnse, humanistische levensbeschouwing op na, zonder een religie te belijden. Hooft was dan ook geen lid van welke kerk dan ook. In de strijd tussen de katholieken en protestanten, die zo'n belangrijke rol hadden gespeeld bij het uitbreken van de Nederlandse Opstand, koos hij geen partij.
Theater CV
Pieter Cornelisz. Hooft heeft bijgedragen aan 25 productie(s).
Pieter Cornelisz. Hooft heeft gewerkt in de volgende functies:
- Auteur (schrijver libretto, scenario) - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
Het gehele overzicht van voorstellingen waaraan Pieter Cornelisz. Hooft heeft meegewerkt, voor zover geregistreerd in de Theaterencyclopedie:
NB: Bij de carrièreoverzichten zijn de voorstellingen gekoppeld aan de premièredatum. Het kan echter voorkomen dat personen niet aan de première meewerkten, maar pas later bij de voorstelling betrokken raakten.
Productie | Functie | Producent | Seizoen | Premièredatum | In regie van |
---|---|---|---|---|---|
Warenar met de pot | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Moor en Veltman Van Ollefen | 1880/1881 | 16 maart 1881 | |
Minneklacht | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Gezelschap van Tivoli Schouwburg | 1892/1893 | 24 december 1892 | |
Ware-nar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | De Nederlandsche Tooneelvereeniging (1893-1912) | 1900/1901 | 25 maart 1901 | |
Warenar met de pot | Auteur (schrijver libretto, scenario) | N.V. Het Tooneel | 1908/1909 | 2 oktober 1908 | |
Klare | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Jan Musch | 1918/1919 | 12 februari 1919 | |
Granida | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Gelegenheidscombinaties | 1920/1921 | 10 juli 1921 | Eugène Gilhuys |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Ensemble Bouber | 1930/1931 | 19 januari 1931 | Ben Groeneveld |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | N.V. Vereenigd Rotterdamsch-Hofstad Tooneel | 1934/1935 | 16 maart 1935 | Jan van der Linden |
Het onvergankelijke (Nederlandsche gedichten) | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Charlotte Köhler | 1939/1940 | 18 september 1940 | |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | N.V. Het Nederlandsch Tooneel | 1939/1940 | 6 juli 1941 | Cor Hermus |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Gemeentelijk Theaterbedrijf Amsterdam - Afdeeling Tooneel | 1940/1941 | 26 oktober 1941 | Cor Hermus |
Kleinkunst Ochtend | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Algemene Nederlandse Geheel-Onthoudersbond | 1943/1944 | 23 april 1944 | |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | N.V. Het Residentie Tooneel | 1946/1947 | 19 mei 1947 | Ben Royaards |
Warenar met de pot | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Nieuwe Komedie | 1961/1962 | 29 januari 1962 | Johan de Meester jr. |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Holland Festival | 1965/1966 | 15 juni 1966 | Ton Lutz |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Koninklijke Nederlandse Schouwburg | 1966/1967 | 7 maart 1967 | Ton Lutz |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | De Haagsche Comedie | 1972/1973 | 5 mei 1973 | Jules Royaards |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Mechels Miniatuur Teater | 1985/1986 | 13 januari 1986 | Eddy Verbruggen |
Luchtig literair | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Stichting Rein Edzard Produkties | 1989/1990 | 8 juni 1990 | |
Tesselschade festijn | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Holland Festival Oude Muziek Utrecht | 1994/1995 | 30 augustus 1994 | Jos Groenier |
Dierbaar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Branoul Producties | 1997/1998 | 30 januari 1998 | |
Baeto | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Het Arsenaal | 1997/1998 | 21 juli 1998 | Ruud Wessels |
Granida | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Stichting Ipermestra | 2008/2009 | 6 april 2009 | Wim Trompert |
Warenar | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Theatergroep De Kale | 2008/2009 | 11 juni 2009 | Victor van Swaay |
Anhelo / Verlangen | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Dimension4 Theatre | 2011/2012 | 25 september 2011 |
Pieter Corneliszoon Hooft (1581 - 1647) was een Nederlandse geschiedkundige, dichter en toneelschrijver. Hij kan beschouwd worden als een van de grondleggers van een serieuze literaire cultuur in het Nederlandse taalgebied, naar het Franse en Italiaanse voorbeeld. Na een reis door Europa studeerde hij rechten in Leiden. Hooft werd een exponent van de renaissance in Nederland en had humanistische ideeën.
Werk
Het werk van Hooft is door de veelal aan het Latijn ontleende zinsconstructies in combinatie met het gebruik van zowel archaïsmen als neologismen moeilijk leesbaar. Weinigen kunnen zeggen het gehele werk van Hooft gelezen te hebben. Er zijn in de afgelopen tijd wel hertalingen beschikbaar gekomen, waardoor het beter toegankelijk is geworden.
Overzicht
Waarschijnlijk op vrij jonge leeftijd schreef Hooft het toneeldrama Achilles en Polyxena. In 1605 schreef hij het herdersspel Granida. Dit laatste toneelspel bevatte de twee herdersfiguren Dafilio en Granida en was een in de 17e eeuw veel voorkomend schildersonderwerp. De bekendste werken van Hooft zijn de historische treurspelen Geeraerdt van Velsen uit 1613 en Baeto (1617). Beide toneelstukken hebben het beeld van de Nederlandse geschiedenis sterk beïnvloed: dat van de moord op Graaf Floris V (Geeraert) en dat van de rol van de Bataven bij de totstandkoming van Nederland. Het blijspel Warenar dat hij in 1617 samen met Samuel Coster schreef, is gebaseerd op Plautus' "Aulularia" was tamelijk succesvol. Hooft schreef ook veel liefdespoëzie, waaronder sonnetten. Het bekendste werk is Emblemata amatoria, (Liefdesemblemen) uit 1611. Hooft begon in 1628 aan de Nederlandsche historiën. Tot zijn dood in 1647 werkte hij er aan. Zevenentwintig delen daarvan zijn verschenen, de laatste zeven postuum.
Het volgende sonnet schreef Hooft in het jaar 1610:
Mijn lief, mijn lief, mijn lief; soo sprack mijn lief mij toe, Dewijl mijn lippen op haer lieve lipjes weiden. De woordtjes alle drie wel claer en wel bescheiden Vloeiden mijn ooren in, en roerden ('ck weet niet hoe) Al mijn gedachten om staech maelend nemmer moe; Die 't oor mistrouwden en de woordtjes wederleiden. Dies jck mijn vrouwe bad mij claerder te verbreiden Haer onverwachte reên; en sij verhaelde' het doe. O rijckdoom van mijn hart dat over liep van vreuchden! Bedoven viel mijn siel in haer vol hart van deuchden. Maer doe de morgenstar nam voor den dach haer wijck, Is, met de claere son, de waerheit droef verresen. Hemelsche Goôn, hoe comt de Schijn soo naer aen 't Wesen, Het leven droom, en droom het leven soo gelijck?
De Nederlandsche Historiën
Pieter Cornelis Hooft kreeg in 1618, dus tijdens het Twaalfjarig Bestand, het idee om een groot werk over de recentste nationale geschiedenis te schrijven dat onder andere moest handelen over de Tachtigjarige Oorlog, die toen nog de Vaderlandse Oorlog heette. Volgens Hoofts biograaf Brandt was hij al lang daarvoor bezig met de bestudering van de klassieke geschiedschrijvers. In 1628 startte hij zijn werk en in 1642 werd Neederlandse Histoorien gepubliceerd bij Louis Elzevier te Amsterdam. Dit monumentale werk beschrijft de periode van 1555 (de troonsafstand van Karel V van het Heilige Roomse Rijk) tot en met de moord op Willem van Oranje in 1584. Hooft heeft zijn werk door zijn overlijden op 65-jarige leeftijd in 1647 niet kunnen voltooien. In 1654 verscheen bij Joan Blaeu Vervolgh der Neederlandsche historien met daarin zijn beschrijving van de geschiedenis tot het jaar 1587. Hooft ging grondig te werk en stelde zich persoonlijk op de hoogte van de gebeurtenissen, zodat zijn beschrijvingen de kracht kregen van een ooggetuigenverslag. De schrijfstijl is een bewuste imitatio van de stijl van Tacitus.
Bronnen