Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken


Bewegingsstudio

Uit het onderzoeksverslag Stichting Bewegingsstudio april 1981

Wouter Steenbergen, Kompositie 1,2,3
Bewegingsstudio

Het onderzochte materiaal waartoe het onderzoek heeft beperkt is afkomstig van de betrokken deelnmers in het onderzoek. 'De vraag die we ons gesteld hebben is:
Hoe benadert een mimespeler en een moderne danser een theatergegeven en wat zijn hierbij eigenheid en raakvlakken van deze disciplines.
Met mime wordt bedoeld de niet figuratieve mime en met de moderne dans wordt de eigentijdse dans. De bevindingen werden vorm gegeven in korte scenes, video en film opnamen. De stichting Bewegingsstudio werkt al geruime tijd met mime en dans binnen hun voorstellingswerk en zoekt naar een verrijking in wisselwerking met elkaar van beide bewegingsdisciplines. Met de presentatie wordt gesprespreksstof en uitwisseling gezocht.
Kompositie 1,2,3 door 2 mime-acteurs+2dansers

• De soli zijn gekozen om de 2 verschillende disciplines afzonderlijk te laten zien.
In de danssolo's gaat het in essentie om een reflexbeweging die naar een gekozen beweging wordt omgezet, en een herstelbeweging of compensatie in balans als gegeven gebruiken. Ook is de gebondenheid aan een plek in de ruimte uitgangspunt.

In de mime solo's is het lijnbegrip, geometrie en vertekeningen en verdraaiien de kern. En ook is uitgegaan van vorm, ruimte, dynamiek en ritme en daarna invulling gezocht dmv. kostuum of omgeving en ruimte.
• De duetten zijn gekozen om bovenstaande reden, maar ook voor verdieping en versterking van het begrip mime en dans ;
• De videobeelden uit ' Bodem valt uit' en uit 'Flimlach' zijn gekozen om samengaan van en differentiatie tussen mime acteurs en moderne dansers te laten zien.
• De mime solo van Wouter Steenbergen wordt live door 2 mime acteurs en 2 moderne dansers tegelijk uitgevoerd zodat verschil in eigenheid van mime en dans discipline zichtbaar wordt. In het fragment dat wordt uitgevoerd, is de techniek als dia's, en film en lichtschema achterwege gelaten (oorspronkelijk is 'Kompositie 1,2,3,' geinspireerd op een weerstandschema van Philips)
• De dans solo van Julyen Hamilton wordt door 1 mime acteur en 1 moderne danser tezelfdertijd uitgevoerd zodat ook hier het verschil in eigenheid zichtbaar wordt. De essentie in de beweging is zijn eigen weg te laten gaan door de verrassing van het onvoorspelbare van buiten aangegeven telling te gebruiken en het denken uit te schakelen. De aangever - in dit geval Sybrig Dokter geeft met de telling tempo en beweging aan.
• De diabeelden (Rodin en Arm etude) met 5 beelden - houdingen op een stoel en 5 beelden - houdingen met de arm en hand, zijn ontworpen door Geraldine Brans en geven de structuur waarbinnen elke mime acteur en moderne danser een eigen ontwerp in beweging tussen de 5 beelden - posities maakte. Hierdoor wordt hun verschillende aanpak zichtbaar. De opnamen van de live uitvoeringen zijn laten in 1 beeld gemonteerd.'

Verhaal

25 APRIL 1981 21.00UUR EN 26 APRIL 1981 15.00UUR -
PRESENTATIE VAN EEN ONDERZOEK: Nederlands Instituut voor Theater Onderzoek, Herenmarkt 10 te Amsterdam.
Bij de presentatie van het onderzoek werden afwisselend video opnamen als live opvoeringen getoond:
• fragement uit 'KOMPOSITIE 1, 2, 3'(1972), mimografie van Wouter Steenbergen, werd als solo door hem uitgevoerd in Korte Prins opgenomen. Daarna werd deze compositie met de betrokken spelers ingestuurd en gezamenlijk onder zijn regie uitgevoerd - Live presentatie
• 'RODIN' EN 'ARMETUDE', compositie ontwerp door Geraldine Brans, werden live met de betrokken mime en dansers afzonderlijk uitgevoerd en later op video samen gebracht in 1 scherm. In het onderzoek zijn 4 series ontwikkeld
1. lijnen en ruimte -
2. met stoel (Rodin) -
3. De onmogelijken (zoals vallen) - momentopnamen van beweging -
4. geisoleerde armbewegingen (Arm etude).
Naast de persoonlijke verschillen in aanpak hoopten we door het simpele gegeven verschil in verwerking van mime acteurs en dansers zichtbaar te maken.
• Moderne dans en mime solo's werden eveneens live bij de presentatie uitgevoerd: 'BALANS I" Gail Dockery, 'BEWEGINGEN II' - Sjoerd Schwibettus, 'WATERLOOPLEIN' - Paul van Kolck, Solo uit 'LEVEN VAN DE WIND' - Sybrig Dokter en Sjoerd Schwibettus.
• 'VIERKANTENMUZIEK' - naar een idee, compositie van Warry van Klaveren: : Live uitvoering mime duet door Sjoerd Schwibettus en Paul van Kolck. Peter Onnes geluidseffecten met richtmicrofoon en Uher opnamen en montage. De essentie voor het onderzoek was het zichtbaar maken van het dynamoritme en van het karakter van de motoriek. ER werd stap voor stap gewerkt aan de hand van een zelf ontworpen lijn van gekozen handelingen en kostuum en voorwerpen. Deze gekozen lijn werd eerst vastgelegd in geluidseffecten en daarna vertaald naar beweging en bewegingslogica.
• 'GO TEXAN' - choreografie Gail Dockery: het duet kon door blessure geen deel uitmaken van de presentatie.
• 'WARM WIDE WINE' – Choreografie - solo Julyen Hamilton (1976). Live uitvoering bij presentatie onderzoek: duet sjoerd Schwibettus en Gail Dockery onder aangeven van Sybrig Dokter. opgenomen Korte Prins studio april 1980.
• 'FLIMLACH' – mimografie Sjoerd Schwibettus, voor het onderzoek mime en dans, opgenomen in Korte Prins theaterstudio 9-2-1980. De oorspronkelijke performance werd uitgevoerd met 5 spelers, in de originele bezetting speelde Mark Kingsford mee. De fragmenten werden op video getoond.
• 'BODEM VALT UIT' - mimografie Sjoerd Schwibettus, fragmenten video uitgekozen voor het onderzoek

Context

De presentatie van het onderzoek werd openbaar in de Korte Prins theaterstudio gehouden 8 - 9 - 10 en 20 - 21 - 22 mei 1981- 21.00uur.

Achtergronden, uit het verslag bewegingsonderzoek

GAIL DOCKERY
"Waarom ik me geinspireerd voel om met mimespelers te werken. Goede Nederlandse mime acteurs die ik tot nu toe ken, zijn bewegers die bewust kiezen om bepaalde bewegingselementen zeer gedetailleerd en consequent te kunnen beheersen en andere delen 'pedestrian' (gewoon) te laten, m.a.w. tot zijn eigen (slechte?) gewoonten en beperkingen te laten. Hierdoor kan een spectaculaire beheersing van bijvoorbeeld geaccentueerde stops en ruimtelijke lijnen bestaan zonder de kleurijke persoonlijke 'pedestrian' kwaliteit te verliezen. Een danser die kiest om één van de traditionle moderne dans technieken als deel van hun vocabulaire zich te verwerven, wordt geleerd om zich zoveel mogelijk neutraal te maken, zodat ze kan kiezen welke lijne - kwaliteiten - soort aanwezigheid enz. ze bovenop die neutraliteit , ofwel wat je dan op het witte papier gaat zetten. Bijvoorbeeld een niet gestrekte voet als keuze in plaats van een vanzelfsprekendheid. Hierdoor wordt een hoeveelheid kleur - bewegingstextuur van het 'pedestrian' zijn verloren."
SJOERD SCHWIBETTUS
"Waarom moderne dans? Wat spreek me aan? Raakvlakken:
• Kompositie - analyse - • structuur ideeën - • werkt met beweging , experimenteert - • ruimtelijkheid en lijfelijkheid -
Voor mij is binnen mime altijd sprake van een 'conflict' tegenkracht, richting, beweging. Er is een beleving in en met de beweging. Er is vooral een dramatische ontwikkeling in een beweging, niet alleen en zeker niet een vooropgestelde gevoelsuitdrukking. Mime lijkt (in vergelijking met moderne dans) aardser, concreter, ondanks verregaandere stilering als in mime corporel. Ze refereert naar een herkenbare 'alledaagse' werkelijkheid, daar is in gronde ook de techniek zelf op gebaseerd.
Dat daarbij sprake is van een ander begrippenkader en bewegingstechniek en aanpak dan in de moderne dans berust niet op een essentieel onderscheid. Moderne dans is in essentie een puurheid van beweging, werkt vanuit een meer volledige lichaamlijkheid.
Dat een dramatische ontwikkeling binnen een beweging een vaak totaal andere consequentie in zich meedraagt en logica vraagt is vaak conflictstof in het werken met dansers.
Er zijn irritaties bijvoorbeeld: het overstrekken van voeten, armen, wordt norm en daardoor vorm, beroepsdeformatie, dansers kunnen niet meer gewoon lopen, technische hoogstandjes (als compensatie), been goed hoog enz."
PAUL VAN KOLCK
"De keuze om met dans te werken komt voort uit dezelfde behoefte om te werken met acteurs, musici enz.
Ik ben niet vooropgezet geinteresseerd in overeenkomsten en verschillen. Ik interesseer me voor een idee en voor personen, dat is wat je samen beetpakt en verschillend belicht. We kiezen allemaal in het theater en alleen al de verschillende discipline beheersing kan een scala aan dramatiek weergeven: orkestratie, of danserettes en mimotieken.
Wat ik in het werk bij Ruth Meijer tegenkwam (Rien ne va plus), is dat een mimespeler denkt dat een danser zich uitslooft, een danser denkt, dat een mime speler niks doet."
SYBRIG DOKTER
"Mijn motivatie om met mime spelers te werken is eerder persoonsgebonden dan algemeen. Alles wat je in de mime vindt, kun je - in principe - ook in moderne dans vinden, en omgekeerd. Natuurlijk zijn er verschillen, maar die zijn net zo groot binnen één dezelfde discipline als tussen de twee verschillende discplines."

Betrokkenen

De onderstaande personen hebben een (in)directe bijdrage geleverd aan de realisatie van de theaterproductie (in voorkomende gevallen op basis van- of uitgaande van een bestaand werk). Aanvullingen zijn welkom.

Auteurs en makers

NB: Op dit moment worden specificaties (bijv. 'assistent', 'dialogen', 'ontwerp') nog niet meegenomen vanuit de premièredatabase. Deze informatie is op te vragen via de Theatercollectie.

Aan de realisatie van deze productie hebben meegewerkt:




Rolverdeling en uitvoerenden

NB: De rolbenamingen zijn veelal direct overgenomen zoals in het originele programmaboekje vermeld, en kunnen zodoende verouderde termen bevatten. Zie ook deze pagina.


    Muzikale uitvoering: Peter Onnes en Victoria Varekamp

    Vastlegging

    • Fotografie: Els Bouma