Interview: Esther Maas over Stephen Sondheim

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken

27 februari 2020 - Interview door Milco Feijnenbuik

Zangeres, actrice en producent Esther Maas geeft in de voorstellingen die ze produceert volop de ruimte aan de muziek. Met ruime aandacht voor de partituur, een live orkest en veel vocale voorbereidingstijd probeert ze een brug te slaan tussen de commerciële maatstaf en een artistieke visie. Het werk van Stephen Sondheim blijkt hiervoor geschikt, al biedt het geen garantie tot succes.

Wat was je eerste kennismaking met het werk van Sondheim?
“Dat moet West Side Story geweest zijn. Mijn ouders hebben vroeger op Broadway de originele versie hiervan gezien. We hadden de plaat thuis en die heb ik veel gehoord. Ik luisterde toen vooral naar de muziek van Leonard Bernstein, dus de kennismaking met Sondheims teksten was vooral onbewust. De eerste bewuste kennismaking kwam pas toen ik dertig was en meespeelde in Into The Woods. Ik was meteen helemaal verliefd op het stuk.”

Wat sprak je zo aan in zijn werk?
“Zijn werk vormt een unieke combinatie van verschillende factoren. De muziek is heel intelligent geschreven en de tekst is daar heel goed opgezet. Dat maakt dat het echt een geval van ‘één en één is drie’ wordt. Daarbij zit er ook een enorme gein in zijn werk, en hoor ik zijn Joodse roots terug. Hij bevraagt ook constant hoe dingen in elkaar zitten: waarom dan? En wat betekent dat? Vragen over emoties en het leven.”

Esther Maas in Putting It Together. Foto: Oski Collado

Op een gegeven moment besloot je om zelf voorstellingen te gaan produceren. In 2014 bracht je Putting It Together uit. Waar kwam de keuze voor dat stuk vandaan?
“Ik was op dat moment van alles aan het doen en kreeg de dvd van de Broadwayversie in mijn handen. Ik was meteen verkocht. Het bevatte geen spreektekst en was een intelligent, leuk en grappig verhaal, dat zowel theatraal als muzikaal erg doorleefd was. De voorstelling is natuurlijk ook een mooie bewerking en samenvoeging van allerlei eerdere stukken van Sondheim. Na afloop dacht ik: ik wil die rol van Amy spelen. Nu kan ik gaan wachten totdat de voorstelling hierheen gaat komen, maar dat gaat toch niet gebeuren. Dan kan ik het beter zelf gaan produceren.”

Waarom verwachtte je dat het niet door andere producenten gedaan zou worden?
“Dat heeft vooral te maken met hoe de theatermarkt zich de afgelopen decennia heeft ontwikkeld. Veel producenten en theaters spelen op safe en nemen minder risico. Een bekende titel en bekende namen zijn minder risicovol dan een onbekend stuk. Dat heeft ook te maken met het feit dat theaters zelf meer risico lopen. Vroeger kregen theaters vanwege het spreidingsbeleid geld om voorstellingen binnen te halen en te programmeren. Nu er daarop flink is bezuinigd en het geld ook pas achteraf binnenkomt, is het voor theaters te risicovol om dit soort titels in te kopen. Zaalbezetting en opbrengsten spelen bij hun keuzes een steeds grotere rol. Die ontwikkeling heeft ervoor gezorgd dat er de laatste jaren vooral grote, commerciële titels worden gebracht met namen die helpen voor de verkoop. Dat heeft dus weinig meer met kunst te maken. Mensen zijn ook minder gewend om na te denken in het theater, en dat is bij Sondheim wellicht iets meer nodig dan gemiddeld. En mensen die dat wel leuk vinden, gaan allang niet meer naar het theater. Het publiek zou dus eigenlijk opnieuw opgevoed moeten worden.”

Een mooie taak lag er dus voor je klaar. Hoe is het dan om zelf aan de slag te gaan en een Sondheim-stuk te produceren?
“Ik ben natuurlijk een beetje een vreemde eend in het veld, want ik kom uit de muziekhoek en niet de musicalwereld. Ik benader een stuk dus ook vanuit die kant. Ik vind het bijvoorbeeld erg belangrijk dat de originele orkestbezetting wordt gehandhaafd. Waarom zou je de muziek gaan aanpassen? De kwaliteit wordt dan vaak alleen maar minder. Sondheim met orkestband kan echt niet. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor het handhaven van de originele toonsoorten. Tegelijk eist dat dus ook een bepaald niveau van de performer. We zijn voor Company ook anderhalf jaar bezig geweest met de casting.

Ook op tekstueel vlak moest het goed zijn. Ik was dus op zoek naar iemand die Sondheims werk goed kon vertalen. De enige die ik kon bedenken, was Jeremy Baker. Hij weet ritmisch overal precies goed uit te komen, zonder er stiekem een nootje bij te schrijven, en weet de binnenrijm in tact te houden. We zijn daarnaast ook nog samen gaan zitten, zodat ik als zangeres kon zien of de vertalingen voor ieders stemvak zingbaar waren.

In voorbereiding op Putting It Together heb ik Jeremy ook meegenomen naar San Francisco, zodat hij het milieu waarin dat verhaal zich afspeelt aan den lijve kon ondervinden. Ik wilde dat hij niet alleen de letterlijke tekst zou vertalen, maar ook het milieu en de mensen daarin zou meenemen, zodat hij het herkenbaar kon maken voor het Nederlandse publiek.”

De cast van Putting It Together. Foto: Oski Collado

Wat hebben jullie van die reis opgestoken?
“Het belangrijkste is denk ik de ontmoeting met Sondheim zelf. Ik was samen met Jeremy bij mijn familie in San Francisco en ik zag dat Sondheim een lezing gaf bij het Jewish Community Center daar. De buurvrouw van mijn tante kende toevallig zijn manager. Via via heb ik hem toen een kaartje gestuurd met een foto van het dorpje Sondheim, in Duitsland. Ik had die foto ooit genomen toen ik daar langsreed. Ik schreef grappend dat hij zo bekend was dat er zelfs een dorp naar hem was vernoemd, dat ik bezig was met het produceren van een van zijn voorstellingen en dat ik hem graag zou ontmoeten. Daar ging hij op in.”

Hoe was die ontmoeting?
“Die was heel fijn. Jeremy en Sondheim hadden ook meteen een heel inhoudelijk gesprek over binnenrijmen in liedteksten, en hoe Jeremy zijn teksten had vertaald. Dat was heel leuk om te zien. Na afloop heb ik hem in voorbereidingen nog veel gemaild met vragen over de muziek, de zanglijnen, enzovoorts. Hij stuurde altijd binnen vijf minuten antwoord. Heel bijzonder is dat."

Liep je bij het produceren van de Sondheims ook tegen de hobbels aan die je al eerder noemde?
“Ja en nee. Ik merkte wel dat theaters bijvoorbeeld minder meewerkte aan de PR van voorstellingen, terwijl je toch zou kunnen zeggen dat de voorstelling slechts de pindakaas is, en niet de Albert Heijn die het verkoopt. Daarentegen werd ik bij de subsidieaanvragen wel volledig gesteund. De visie die ik heb met betrekking tot bijvoorbeeld de muziek, maakt natuurlijk dat het geheel een stuk duurder wordt. Het is niet voor niets dat veel voorstellingen een orkestband gebruiken in plaats van live musici. Omdat ik dat laatste wel wilde, had ik subsidie nodig om twintig procent van de begroting te dichten. Gelukkig reageerden fondsen altijd erg enthousiast en heb ik ook altijd volledige toezeggingen gekregen. Al met al is het wel gelukt om twee voorstellingen goed neer te zetten. Into The Woods was zelfs de best lopende tournee van dat seizoen. Dat laat zien dat er dus wel degelijk publiek is voor zulke voorstellingen.”

En toch is het met Company helaas niet gelukt.
“Afgelopen week had Company eigenlijk in première moeten gaan, dus ik heb er natuurlijk veel aan gedacht. Er komen dan steeds verschillende redenen naar boven. Wellicht dat bijvoorbeeld de titel toch minder aansprekend is. Waar mensen bij Into The Woods meteen fantasieën krijgen, denkt men bij Company wellicht aan een bedrijf, in plaats van aan ‘gezelschap’. En ik wilde echt op kwaliteit casten, dus niet gaan voor grote namen die wellicht beter verkopen. Maar uiteindelijk komt het toch vooral uit bij het gegeven dat de marktwerking dit jaar niet goed is. Vrijwel geen enkele voorstelling loopt goed. En waar veel andere producenten in het geval van een slecht theaterjaar nog een buffer hebben, ben ik de eerste die onderuit gaat. Wil ik nog een keer een stuk gaan produceren, dan zal dat ook echt moeten binnen de basisinfrastructuur. Anders red ik het gewoon niet.

Ik moet er nu overigens nog niet aan denken om een nieuwe voorstelling te gaan doen, maar natuurlijk wil ik heel graag proberen een doorstart voor Company te maken. Al is het maar om die mooie teksten van Jeremy van dit bureau af te laten komen en hoorbaar te maken.”

Dit interview komt voort uit het thema rondom Stephen Sondheim. Kijk voor het actuele thema op de Nu Centraal-pagina.

Lees ook het interview met Jeremy Baker over Stephen Sondheim en het vertalen van zijn werken.
Lees ook het interview met Koen van Dijk over Stephen Sondheim, zijn werken en zijn ontmoeting met hem.

Nieuwsgierig naar alle andere interviews op de Theaterencyclopedie? Kijk snel op de overzichtspagina!