Episch theater

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken


Episch Theater

Episch theater is een theatervorm die ontstaan is in Duitsland in de twintiger jaren van de 20ste eeuw onder impuls van regisseur Erwin Piscator, met als belangrijkste representant de toneelschrijver Bertolt Brecht met zijn Dreigroschenoper (1928). Het is een vorm van het drama waarin gepoogd wordt menselijke lotgevallen op een bovenindividuele wijze voor te stellen. Het kent daarom geen specifieke held, maar introduceert een algemeen menselijke trek, belichaamd door een personage of een beschouwer van het menselijk handelen. De geslotenheid van het aristotelisch drama wordt in het episch theater opgeheven in een structuur die zowel handeling als commentaar omvat. Het is anti-illusionistisch in die zin dat het de illusie van het klassieke of romantische drama doelbewust doorbreekt door middel van het vervreemdingseffect, zoals het inschakelen van een koor, gebruik te maken van projecties of doorbreking van de vierde wand-fictie d.m.v. een verteller, de zgn. episering. De toeschouwer wordt zo op afstand gehouden opdat hij zich niet identificeert met één van de personages en zo in staat blijft de gepresenteerde handeling zo objectief mogelijk te beoordelen. Het episch drama is doorgaans politiek-sociaal geïnspireerd.

Theatertheorie van Bertolt Brecht (1898-1956)

Brecht verzet zich tegen het illusionistische theater van zijn tijd. Vanuit zijn politieke en maatschappelijke betrokkenheid wil Brecht juist dat de toneelspeler contact maakt met het publiek, en dat het publiek aan het denken wordt gezet. De acteur mag dus niet opgaan in zijn rol. Hij moet zijn personage tonen, niet zijn. Brecht wil een bepaalde afstandelijkheid creëren tussen spel en publiek, zodat de toeschouwers niet gedachteloos meeleven met de personages, maar nadenken over wat ze zien. Brecht gebruikt hiervoor het woord “vervreemding”. Manieren om die vervreemding te bereiken zijn bijvoorbeeld: de handeling van het stuk onderbreken met een lied, een acteur die uit zijn rol stapt om commentaar te geven op het stuk, decorwisselingen voor de ogen van het publiek en het aan elkaar monteren van losstaande scenes. Brechts theorieën zijn van grote invloed geweest op het moderne Nederlandse theater, zie acteur, montagetheater, vlakkevloerzaal.

Een alfabetische overzicht van de voorstellingen die geregistreerd zijn in de Productiedatabase onder de noemer Episch theater