Theo Mann-Bouwmeester: Repertoire - Hollandsch Tooneelgezelschap o.l.v. Van Lier

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken

Logo eenlevenlangtheater2.jpg

Theo Mann-Bouwmeester, 1895. Fotograaf onbekend. Collectie TIN.


Eenlevenlangtheater Theo Mann-Bouwmeester:


Hollandsch Tooneelgezelschap o.l.v. Van Lier

Theo Frenkel tijdens de Van Lier-jaren 1882-1885. Foto: J.W.F. Offenberg. Collectie TIN.

Met ingang van het seizoen 1882/1883 verliet de Koninklijke Vereeniging Het Nederlandsch Tooneel het Grand Théâtre van A. van Lier om naar de schouwburg aan het Leidseplein te verhuizen. Eigenaar Van Lier vond zo snel geen ander gezelschap om in zijn theater te spelen en besloot een eigen gezelschap samen te stellen.

Hij engageerde onder andere Net Ellenberger, Louis Veltman, Klaas Vos, Charles de la Mar, Henri van Kuyk, diens vrouw Sophie Geytenbeek en Doortje Frenkel. De openingsvoorstelling was Dorp en Stad, daarna zou Theodora er nog drie jaar spelen. Ze vertolkte glansrollen in stukken als Margaretha Gauthier, Fedora, Medea en Frou Frou. Het moderne Franse repertoire van auteurs als Alexandre Dumas Fils, Victorien Sardou en Georges Ohnet sprak haar bijzonder aan. In de stukken uitten de schrijvers onverhuld kritiek op de conventionele burgerlijke moraal en Doortje Frenkel werd zo door de Franse stukken gegrepen dat ze haar naam ook een Frans tintje wilde geven. Naar men zegt op aanraden van haar baas Van Lier liet zij zich voortaan "Théo" Frenkel noemen. Doortje en Theodora waren passé.

Zij herinnert zich de drie jaren bij Van Lier als volgt: "Het zijn wel de roemrijkste jaren van mijn tooneelleven geweest. Daar kwam een publiek, dat mij lief was; dat ook om mij gaf; dat, ik mag dit gerust zeggen, om mij naar den schouwburg kwam."(bron: Mijn Jeugd- en Tooneelherinneringen van Theo Mann-Bouwmeester, Amsterdam 1916)

In augustus 1885 speelde ze haar laatste rol bij het gezelschap van Van Lier, waarna ze overstapte naar de Koninklijke Vereeniging Het Nederlandsch Tooneel. In later jaren zou ze nog enkele malen in een stuk van Van Lier spelen.

Hieronder vindt u een overzicht van de voorstellingen die Theo Frenkel speelde bij het Hollandsch Tooneelgezelschap en waarvan (enige) informatie bewaard gebleven is.

Foto's

Portret van Theo Mann-Bouwmeester in Dorp en stad 119411.jpg Portret van Theo Mann-Bouwmeester als Fedora 107258.jpg

Links: Theo Mann-Bouwmeester in Dorp en stad, Hollandsch Tooneelgezelschap o.l.v. Van Lier, 1882. Foto: Albert Greiner. Rechts: Theo Mann-Bouwmeester als Fedora, Hollandsch Tooneelgezelschap o.l.v. Van Lier, z.j. (1883). Fotograaf onbekend. Collectie TIN.

Overzicht rollen bij Hollandsch Tooneelgezelschap o.l.v. Van Lier

  • Tussen 1882 en 1894 (jaartal niet bekend): Fanchon Vivier in Fanchon Vivier of de heks van La Priche van C. Birch-Pfeiffer; Elise in Ik inviteer mijn kolonel van E. Labiche en Marc-Michel; Clotilde in Fernande van Victorien Sardou; Margaretha van Valois in De bloedbruiloft of de Bartholomeusnacht van A. Lindner; Clara Walfried in Een satanskind van R. Kneisel; Leonora Galigai in Margot de bloemenverkoopster van A. Bourgeois en F. Dugué.
  • 1882: Lorle en Leonora in Dorp en stad van C. Birch-Pfeiffer. Regie: Henri van Kuyk
  • 1882: Margaretha in Margaretha Gauthier van A. Dumas fils. Met o.a.: Henri van Kuyk. Recensent Taco H. de Beer schreef lovend in Het Toneel over Theo's optreden in Margaretha Gauthier: "Herhaaldelijk hebben wij op haar spel gewezen, maar haar nooit gekend gelijk zij zich tekende in Marguérite Gauthier. (...) Men moge over haar opvatting strijden, maar dat is een echte toneelspeelster en haar opvatting is blijkbaar haar eigen - nergens imitatie; waar Sarah Bernhardt in het toneel met de vader een verbazend effect teweeg brengt door haar snikken en jammeren terwijl zji voor de tafel zit, blijft mevrouw Frenkel staan en weet alles door haar stil spel, door enkele gelaatsuitdrukking te vertolken. Nergens, ook niet in de sterfscène, een zweem van jacht op effect. (...)". Bron: De Bouwmeesters. Kroniek van een theaterfamilie van Simon Koster (Assen 1973).
  • januari 1883: Lionette in De prinses van Bagdad van Dumas Fils. In navolging van het succes dat Theo Mann-Bouwmeester oogste met haar vertolking van Margaretha Gauthier, koos Van Lier ervoor opnieuw een stuk van Dumas Fils op te laten voeren met Theo in de hoofdrol. De titel is overigens exotischer dan men zou denken. Het stuk speelt zich af in Parijs en gaat over een slechte, rijke man, die een kuise, jonge vrouw belaagt. Noch het publiek, noch de critici konden het verhaal waarderen, maar over Theo's spel waren zij eensgezind: "Over het spel en de opvatting van mevrouw Frenkel als Lionette heerst slechts één stem: het was volmaakt", schreef Jack T. Grein in Het Nieuwe Weekblad, "en gaarne voegen wij er nog bij dat de geniale vrouw, die alles aan zichzelve te danken heeft, door Margaretha Gauthier, door Frou Frou en nu door De prinses van Bagdad een plaats heeft ingenomen, die haar met de eerste toneelspeelsters van ons land gelijk stelt." Bron: De Bouwmeesters. Kroniek van een theaterfamilie van Simon Koster (Assen 1973).
  • begin maart 1883: Gretchen in Faust van J.W. von Goethe. Met o.a.: Henri van Kuyk, Louis Veltman, Jacoba Huysers. De opvoering van Faust was geen groot succes, hoewel de pers veel lof had voor de vertolkingen van Louis Veltman en Theo Frenkel. Het 'witte kleed' dat Theo droeg was volgens de recensent echter "zo naar de Parijse smaak ingericht, dat de ongelukkige Gretchen geen ruimte had om de knieën te buigen en dus niet kon gaan zitten". Toch speelde zij "met ongemeen veel gevoel en waarheid" en in de slotscène "zeer schoon en kunstvol". Bron: De Bouwmeesters. Kroniek van een theaterfamilie van Simon Koster (Assen 1973).
  • maart 1883: Vorstin Fedora Romazov in Fedora van Sardou. Met o.a.: Henri van Kuyk. Sarah Bernhardt oogstte groot succes met de vertolking van de rol van vorstin Fedora Romazov in dit drakerige melodrama. Van Lier wilde het stuk zo snel mogelijk in Nederland brengen, met Theodora Frenkel in de hoofdrol. Hij had de Franse tekst niet, en kon alleen een Nederlandse vertaling laten maken van een Duitse vertaling waar hij wél de hand op had weten te leggen. Het stuk ging drie maanden na de wereldpremière in Parijs in de Amsterdamse Stadsschouwburg in première, met onvoorstelbaar groot succes. In de Amsterdamse Courant werd bijvoorbeeld geschreven: "De uren, heden bij de eerste voorstelling van Fedora doorgebracht, vormen een avond die een levensjaar in het geheugen zijn kenmerk geeft. Een vertoning van kunst, zoals het Hollandse toneel nog niet heeft geschonken; het schouwspel van de gelukkigste aanwending der edelste gaven die ooit een uitverkoren gemoed ten deel werden; een laatste woord; een openbaring: mevrouw Theo Frenkel in de schoonste ontwikkeling van haar nieuw genie." Bron: De Bouwmeesters. Kroniek van een theaterfamilie van Simon Koster (Assen 1973).
  • 1 februari 1884: Margaretha van Valois in De bloedbruiloft, of De Bartholomeusnacht van Albert Lindner. Met o.a.: Net Ellenberger, Henri van Kuyk. De pers was weer lovend over Theo Frenkel's rol in dit treurspel. Het Handelsblad schreef dat haar spel "sober en indrukwekkend" was en dat ze een "overweldigend effect maakte". De recensent was zeer te spreken over de ontwikkeling die Theo's spel had doorgemaakt: "Het ruwe en het dialectmatige dat dikwerf haar rol ontsierde, heeft plaats gemaakt voor goed, zuiver Nederlands en de verzen, uitmuntend gesproken, met gloed en gevoel uitgedrukt, zonder overdrijving, ja met klassieke eenvoud tot hun ware betekenis gebracht, vloeiden van haar lippen, toegelicht door een spel, de besten waardig." Bron: De Bouwmeesters. Kroniek van een theaterfamilie van Simon Koster (Assen 1973).
  • 1884: Clara Walfried inTusschen twee vuren van R. Kneisel.
  • 1884: Cyprienne in Cyprienne van V. Sardou.
  • 1884: Gilberte in Frou Frou van H. Meilhac en L. Halévy.
  • 1885: Konradina Hartenberg in De gevolgen van een studentenstreek en Een studentenstreek van R. Benedix.
  • 1885: Medea in Medea van E. Legouvé.
  • 1885: Margarethe in De bedelaarster van J.A. Bourgeois en M. Masson.
  • 1885: Claire in De industrieel van Pont Avesnes van G. Onnet.
  • 1885: Keetje in De bruid van Vreeland of wie is de bruidegom? van C.J. Roobol.
  • 31 augustus 1885: Margaretha in Margaretha Gauthier van A. Dumas fils. Met o.a.: Henri van Kuyk. In 1885 kreeg Theo Frenkel een contract aangeboden bij de Koninklijke Vereeniging Het Nederlandsch Toneel. Op 31 augustus van dat jaar speelde ze haar afscheidsrol bij het Hollandsch Tooneelgezelschap van A. van Lier in het Grand Théâtre als Margaretha in Margaretha Gauthier, de rol waarmee ze in 1884 groot succes mee had geoogst. Twee dagen later debuteerde ze bij de Koninklijke Vereeniging in dezelfde rol in de Stadsschouwburg aan het Leidscheplein in Amsterdam.
  • 1891/1892: Preciosa in Preciosa of het Spaans heidinnetje.
  • 1893/1894: Vorstin Fedora Romazov in Fedora van Victorien Sardou. Theo Frenkel speelde deze rol met zeer groot succes al eerder bij het Hollandsch Gezelschap in 1883.