Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken


UploadenAfbeeldingDef.png
NaamJuni Aniceta
Geboortedatum13 november 1969
VVLogohome.jpg
Juni Aniceta (Curaçao, 13 november 1969) is als theatermaker autodidact. Hij heeft zijn eigen gezelschap JAG (Juni Aniceta i su Grupo). Aniceta is opgeleid als ziekenverzorgende, studeerde in Nederland (Tilburg) waar hij van 1989 tot 1994 verbleef. Gibi Bacilio, Humphrey Monte en Roy Colastica zijn zijn artistieke vaders en leermeesters.

Hij was in 1995 de eerste carnavalskoning (meestal kent Curaçao een carnavalskoningin en natuurlijk de prins en de pancho, maar dat jaar besloot men om ook een koning te kiezen). Hij deed mee met de groep van het hospitaal. Vanaf 1995 begeleidt hij jongeren die prins of pancho willen worden. In 1992/1993, tijdens zijn jaren in Tilburg, begon Aniceta forumtheater te maken (Augusto Boal) met het doel zijn Antilliaanse medestudenten te motiveren hun studie af te maken.

Als hij verneemt dat op Curaçao een Bureau Ziektekostenvoorziening(BZV) wordt opgericht solliciteert hij en keert terug naar Curaçao, in dienst van de BZV.

In de jaren die komen zet hij een samenwerking op met Giovanni Abbath en diens groep Edorek. Hij ervaart dat het Curaçaos publiek niet aan tragedie en serieus theater toe is, dus hij maakt voorstellingen waarin het (steeds educatieve) drama verpakt wordt in humor en live muziek. In 1999 maakt hij een voorstelling over HIV/AIDS, Resibu di bida. Nadat een gedeputeerde de voorstelling ziet, wordt in de Ministerraad besloten dat alle scholen deze voorstelling moeten zien.

Aniceta is de eerste op Curaçao die met echte motoren en auto’s door de schouwburg rijdt (2000). De voorstelling, Destino di Gèto, gaat over een jongen die van zijn vader leert dat hij tof moet zijn, en dat hij respect moet afdwingen met zijn geweer en die vervolgens een tegenstander doodschiet, zonder te weten dat het zijn vader is. De voorstelling wordt 40 keer opgevoerd in Centro Pro Arte en heeft ook succes op Aruba en Bonaire (waar hij een honkbalstadion vult). ter afsluiting speelde de voorstelling, met 20 motoren en 10 auto’s en de band Magic Sound in het Festival Center. Hij duurde 6 uur en er kwamen 14 duizend toeschouwers op af. Een nooit geëvenaard record.

Overige producties
In 2003/4 Wayo Wayitu (Dag prachtige rots) over Curaçaose studenten die naar NL gaan.
In 2007/8 Den prison (over het leven in de gevangenis), ook door de regering aangekocht als schoolvoorstelling.
In 2010 Kachó mes ta biba mihó, we bekvechten teveel met elkaar.

In 2011 Sea bo ta of bo no ta, over discriminatie van homoseksuelen.


Van deze persoon is geen enkele bijdrage aan een theater- of dansproductie geregistreerd op de TheaterEncyclopedieOm dit te verbeteren, vult u op de betreffende pagina('s) over theater- of dansproducties de bijdragen van deze persoon aan..